1KM time, days, months, dates
1 / 20
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Het is kwart over vier.
A
It's a quarter to four.
B
It's a quarter past four.
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Het is half twaalf.
A
It's half past eleven.
B
It's half past twelve.
Slide 6 - Quizvraag
Het is zeven uur.
A
It's seven hours.
B
It's seven o'clock.
Slide 7 - Quizvraag
Hoe laat is het?
8:15
8:15
A
It's a quarter to eight.
B
It's a quarter past eight.
C
It's quarter to eight.
D
It's quarter past eight.
Slide 8 - Quizvraag
What time is it?
A
Half nine
B
Half to ten
C
Half ten
D
Half past nine
Slide 9 - Quizvraag
Hoe zeg je:
Het is half twee
Het is half twee
Slide 10 - Open vraag
Hoe laat is het?
Het is tien voor vier.
Het is tien voor vier.
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Days &
Months
Months
Slide 14 - Woordweb
Slide 15 - Tekstslide
Maandag
Slide 16 - Open vraag
Tuesday
Slide 17 - Open vraag
Thursday
Slide 18 - Open vraag
Zondag
