Samentrekkingen en fouten in samentrekkingen

Samentrekking
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Samentrekking

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma en lesdoelen
1. Samentrekkingen herkennen.
2. Samentrekkingen analyseren en beoordelen.
3. Goede of foute samentrekking?

LESDOEL:
Ik kan foute samentrekkingen opsporen én verbeteren.

Slide 2 - Tekstslide

Waar zie je een samentrekking?
A
keukenstoel en keukentafel
B
zon- en feestdagen
C
dure ringen en dure armbanden
D
hoge bergen en lage bergen

Slide 3 - Quizvraag

Hidde mailde en Luuk belde het bestuur.
A
woordniveau
B
woordgroepsniveau
C
zinsniveau

Slide 4 - Quizvraag

Samentrekkingen op zinsniveau gaan soms mis!
  1. Ze maakte eerst zichzelf en daarna de bedden op.
  2. Ze maakt eerst zichzelf op en ze maakte daarna de bedden op.

Slide 5 - Tekstslide

GOED
FOUT
De hond werd voortdurend gepest en tenslotte ziek.
Schaatsen is gezond en doe ik regelmatig.

Slide 6 - Sleepvraag

GOED
FOUT
De ambulance bracht het slachtoffer naar het ziekenhuis en de agenten de dader naar het politiebureau. 
De docenten Nederlands geven les in het Nederlands en de docenten Engels in het Engels

Slide 7 - Sleepvraag

Samentrekking op zinsniveau: voorwaarden
Het feest duurde lang en het feest was erg gezellig.
Dezelfde functie: In beide zinnen is 'het feest' het onderwerp
Dezelfde betekenis: 'het feest' heeft dezelfde betekenis
Hetzelfde getal: 'het feest' heeft hetzelfde getal

--> samentrekking op zinsniveau:
Het feest duurde lang en was erg gezellig.



Slide 8 - Tekstslide

Samentrekking op zinsniveau: voorwaarden
De clown trok zijn kleren uit en hij trok zich niets van zijn publiek aan.
Dezelfde functie: In beide zinnen is 'trok' de persoonsvorm.
Dezelfde betekenis: 'trok' heeft NIET dezelfde betekenis
Hetzelfde getal: 'trok' heeft hetzelfde getal
--> samentrekking op zinsniveau is NIET mogelijk, want 'trok'' heeft in het 2de deel van de zin een andere betekenis!

Slide 9 - Tekstslide

GOED
FOUT
De clown trok zijn kleren uit en zich niets van zijn publiek aan.
Ze stak de sigaret met een aansteker en de kaars met een lucifer aan.

Slide 10 - Sleepvraag

Samentrekking controleren
  1. Noteer de weggelaten woorden.
  2. Bepaal de functie, betekenis en getal van de samengetrokken woorden in het eerste deel.
  3. Bepaal de functie, betekenis en getal van de weggelaten woorden in het tweede deel. 
  4. Controleer of ze in beide gevallen hetzelfde zijn: functie, betekenis en getal

Slide 11 - Tekstslide

Foutieve samentrekking -getal
Foutieve samentrekking betekenis
Foutieve samentrekking gram. functie
Jerry keek naar een hond en daardoor niet uit bij het oversteken. 
Marcel heeft zijn vriendin gefeliciteerd en een cadeau gegeven.
Paul is ziek en naar huis gegaan.

Slide 12 - Sleepvraag

Foutieve samentrekking -getal
Foutieve samentrekking betekenis
Foutieve samentrekking gram. functie
Jerry keek naar een hond en daardoor niet uit bij het oversteken. 
Marcel heeft zijn vriendin gefeliciteerd en een cadeau gegeven.
Paul is ziek en naar huis gegaan.

Slide 13 - Sleepvraag

Deze film kreeg een internationale prijs en heb ik vandaag in de bioscoop gezien.
A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 14 - Quizvraag

Wij bieden u een baan aan en hopen u volgende week te zien.
























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.



A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 15 - Quizvraag

De conciërge zet de kratten frisdrank in het magazijn en daarna de vaatwasser uit.
A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 16 - Quizvraag

De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.

























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.



A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 17 - Quizvraag

Liesbeth zakte voor haar examen en door de grond.
























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.

Wij bieden u een baan aan en hopen u volgende week te zien.


A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 18 - Quizvraag

Mijn neven en nichten krijgen wel tien cadeautjes met kerst, maar ik slechts eentje.























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.



A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 19 - Quizvraag

Veel sporters vonden het benauwd in de sporthal en wilden enkele deuren openzetten.
























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.



A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 20 - Quizvraag

De ouders worden ingelicht over de werkweek en de docent over de begeleiding.
























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.



A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 21 - Quizvraag

Lesdoel behaald?
Kan je een foutieve samentrekking opsporen 
én verbeteren?




Slide 22 - Tekstslide