1kgtb - H5 TV - BN - 26/2

vrijdag 26/2
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

vrijdag 26/2

Slide 1 - Tekstslide

- Lesdoel: na de les kan je een (stoffelijk) bijvoeglijk naamwoord herkennen.
- Woordsoorten.... wat weet je er nog van?
- stukje theorie over het BN 
- zelf aan de slag!
- huiswerk volgende week


Slide 2 - Tekstslide

Weet je het nog?

Slide 3 - Tekstslide

Welke woordsoorten ken je nog?

Slide 4 - Open vraag

Antwoord
-eigen antwoord leerling

Slide 5 - Tekstslide

noem de drie lidwoorden

Slide 6 - Open vraag

Antwoord
bepaald lidwoord: de en het
onbepaald lidwoord: een

Slide 7 - Tekstslide

Noem één voorbeeld van een werkwoord

Slide 8 - Open vraag

Wat is juist?
Het zelfstandig naamwoord...
A
...heeft meestal een enkelvoud en een meervoud.
B
...daar kun je meestal een lidwoord voor zetten.
C
...daar kun je vaak een verkleinwoord van maken.
D
- A, B en C zijn juist.

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Wat weet je al over een bijvoeglijk naamwoord (BN)??

Slide 11 - Open vraag

Antwoord
  1. Een bijvoeglijk naamwoord (bn) vertelt iets over een zelfstandig naamwoord.
  2. Het heeft vaak een korte vorm (zonder -e) en een lange vorm (met een -e).
  3. Een bijvoeglijk naamwoord kent vaak de 'trappen van vergelijking': stellende trap, vergrotende trap en overtreffende trap.
  4. Soms staat het bijvoeglijk naamwoord niet voor het zelfstandig naamwoord, maar verderop in de zin.

Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord zegt van welk materiaal iets gemaakt is.

Sommige bijvoeglijke naamwoorden zijn gemaakt van een werkwoord.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Huiswerk - volgende week

H5 - taalverzorging (TV - blz. 140): opdr. 1 t/m 5

Zodra ik weet wat het rooster is, noteer ik het huiswerk in Magister!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide