Waarop wordt je beoordeeld?
- Samenhang (inleiding, kern en slot)
- Gebruik van voegwoorden
- Gebruik van voorzetsels
- Werkwoorden vervoegen
- Spelling, grammatica en interpunctie
- Opmaak (titels, alinea's, ondertekening)
- Formeel en informeel taalgebruik
- Het schrijfdoel (informeren, enthousiasmeren, overtuigen, enz)
- Variatie in woordgebruik