Water 2mhv
1 / 14
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Een stof die stolt gaat van ...
A
gas → vast
B
vast → gas
C
vloeibaar → gas
D
vloeibaar → vast
Slide 2 - Quizvraag
verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren
Slide 3 - Sleepvraag
Wat gebeurt er met de snelheid van de moleculen wanneer een stof verwarmd wordt?
A
Die blijft gelijk
B
Die neemt toe
C
Die neemt af
Slide 4 - Quizvraag
hoe heet de faseovergang van gasfase naar de vloeibare fase?
A
stollen
B
rijpen
C
condenseren
D
sublimeren
Slide 5 - Quizvraag
De temperatuur waarbij iets gaat smelten heet het:
A
Kookpunt
B
Smeltpunt
C
Vriespunt
D
Vloeistofpunt
Slide 6 - Quizvraag
Aluminium heeft een smeltpunt van 660 °C en een kookpunt van 2467 °C. Welke fase heeft aluminium bij 1000 °C?
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Gas
Slide 7 - Quizvraag
Het smeltpunt van water Lood is 328°C het kookpunt 1740°C In welke fase bevindt het zich bij 200°C
A
vast
B
vloeibaar
C
gas
Slide 8 - Quizvraag
Kwik heeft een smeltpunt van -39°C en een kookpunt van 357°C.
Welke fase heeft kwik als het 30 °C is?
Welke fase heeft kwik als het 30 °C is?
A
vast
B
vloeibaar
C
gas
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Zout lost op in water, hoe kun je dat zien?
Slide 11 - Open vraag
Alleen vaste stoffen kunnen oplossen in water.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
In je sinaasappelsap drijven kleine stukjes sinaasappel die niet oplossen. Dit mengsel heet een...
A
een oplossing
B
een emulsie
C
een suspensie
Slide 13 - Quizvraag
Een emulsie is een..
A
vaste stof die niet oplost in een vloeistof
B
vloeistof die niet oplost in een vaste stof
C
een vloeistof die niet oplost in een vloeistof
