Betoog - les 6 --> citeren

do. 10 juni - 4V3 - 3e uur
  • Uitleg logistiek e.d. gpw Betoog op de computer
  • Uitleg citeren / citaat opnemen
  • Groepswerk superbetoog 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

do. 10 juni - 4V3 - 3e uur
  • Uitleg logistiek e.d. gpw Betoog op de computer
  • Uitleg citeren / citaat opnemen
  • Groepswerk superbetoog 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel:
Aan het einde van de les weet je hoe en waarom je een citaat moet opnemen in je betoog. Ook heb je in je groepje aan jullie superbetoog gewerkt.

Slide 2 - Tekstslide

GPW betoog schrijven
  • ma. 28 juni - 2 shifts:
  • 10.30 - 12.30 (lok.124-126) óf 
  • 13.00 - 15.00 (lok.124-126-stud)
  • 1e shift in quarantaine tot 13.00 uur, óók als je bv. om 11 uur klaar bent.
  • in quarantaine (lok.123-125) = geen telefoon en geen computer
  • Zorg voor leer-/ leeswerk!
  • Als je je betoog geprint hebt en voorzien van het aantal woorden en je handtekening, ben je klaar, eerder niet.

Slide 3 - Tekstslide

En verder
  • De computers staan in toetsstand:
  • Je logt in op het toetsaccount, een handleiding ligt klaar.
  • De spellingcontrole staat aan.
  • Je kunt niet op internet.
  • Je kunt niet bij je eigen documenten. 
  • Sla je werk regelmatig op, want je werkt niet in Drive, maar in Word.

Slide 4 - Tekstslide

Lay-out
  • lettertype Arial, Times New Roman of Calibri
  • lettergroote 11 of 12
  • regelafstand 1.15
  • regel wit tussen de alinea's

Slide 5 - Tekstslide

Wat doe je als je een citaat opneemt in je tekst?

Slide 6 - Open vraag

Waarom is het goed om een citaat op te nemen je tekst, denk je?

Slide 7 - Open vraag

Wat moet je allemaal bij en van het citaat vermelden? Waarom?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een citaat en plagiaat?

Slide 9 - Open vraag

Citeren
Citaat = letterlijke weergave van tekst van iemand anders, bijvoorbeeld een uitspraak.
Het citaat staat altijd tussen aanhalingstekens.
Verder vermeld je:
- auteur (alleen achternaam) --> WIE?
- bron (naam krant, tijdschrift, website) --> WAAR?
- datum (datum of jaartal van publicatie of datum van raadpleging) --> WANNEER?
                                                              DE 3 W'S

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld 1
Ten eerste moeten mobieltjes in de klas verboden worden omdat het slecht is voor de concentratie van leerlingen. "Meer dan de helft van de scholen zegt dat leerlingen zich door de smartphone minder goed kunnen concentreren en dat ze niet opletten omdat ze met hun smartphone bezig zijn", aldus Verkuil (NOS, 2011).


Zie je de 3 W's?

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld 2
Ten eerste moeten mobieltjes in de klas verboden worden omdat het slecht is voor de concentratie van leerlingen. Researchredacteur Verkuil van de NOS constateerde in 2011 het volgende: "Meer dan de helft van de scholen zegt dat leerlingen zich door de smartphone minder goed kunnen concentreren en dat ze niet opletten omdat ze met hun smartphone bezig zijn."


Zie je de 3 W's?

Slide 12 - Tekstslide

Structuur van een betoog:

inleiding
  • aandachttrekker
  • introductie onderwerp 
  • standpunt
middenstuk/ kern
  • 2 argumenten voor + onderbouwing
  • 1 argument tegen + weerlegging
slot
  • samenvatting
  • conclusie = herhalen standpunt
  • uitsmijter

Slide 13 - Tekstslide

Maak je argumenten SEXI!


  • State
  • Exlplain
  • Illustrate

  • Waarom is je argument waar en belangrijk?

  • Geef voorbeelden!


Slide 14 - Tekstslide

Opdracht
  • Schrijf met je groepje jullie superbetoog.
  • Maak met z'n vieren het bouwplan af (indien nog niet af).
  • Deel jullie drive-document met de titel Superbetoog Voornaam1- Voornaam2-Voornaam3-Voornaam4  met rsn.
  • Verdeel de taken op een voor jullie prettige manier.
  • Overleg met elkaar op gedempte toon. Het mag geen herrie worden!

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
  • De rest van de les besteed je aan het schrijven van het superbetoog. --> Inleveren di. 15/6 - 12.00 uur, op  Classroom + geprint mee naar de les.
  • Klaar? Lees lekker verder in je boek.

           --> Neem je leesboek dus mee naar de les!

Slide 16 - Tekstslide