Procenten gebruiken, handige percentages en rekenen met procenten KB

Procenten?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Procenten?

Slide 1 - Tekstslide

Handige percentages
Sommige procenten kun je gemakkelijk als breuk schrijven.

100% =  alles = 
50% =    de helft =  
25% =    een kwart =
10% =     een tiende = 







21
41
101
1010=1

Slide 2 - Tekstslide

Handige percentages

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

A:  10% rood  =          deel


D: 25% rood =         deel
101
41

Slide 5 - Tekstslide



Schrijf het percentage en de breuk op van strook C?

Slide 6 - Woordweb

van breuk naar percentage
  • Wat is de breuk?

  • Hoe vaak past deze breuk in 100

  • deel door geheel x 100

Slide 7 - Tekstslide

Hoeveel kost de jurk met korting?

Slide 8 - Tekstslide

Hoeveel kost de jurk van 60 euro met 15 % korting?
A
9 euro
B
45 euro
C
51 euro
D
60 euro

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Maken
Domein 4:
  • Maken 4.2 Handige percentages


Slide 11 - Tekstslide

Nu zelf (eerst 1% berekenen)

1% van 300=
10% van 300=
40% van 300=

1% van 650=
10% van 650=
40% van 650=




Slide 12 - Tekstslide

Nu zelf (eerst 1% berekenen)

1% van 300= 3
10% van 300= 30
40% van 300= 120

1% van 650= 6,5
10% van 650= 65
40% van 650= 260




Slide 13 - Tekstslide

Oefenen
Frans gaat met zijn vrouw en kinderen van 10 en 12 jaar op vakantie. De vakantie kost zonder korting € 2500,-.
Hoeveel % is Frans goedkoper uit als hij 
dit weekend de vakantie boekt?

Slide 14 - Tekstslide

Oefenen
Frans gaat met zijn vrouw en kinderen van 10 en 12 jaar op vakantie. De vakantie kost zonder korting € 2500,-.
Hoeveel % is Frans goedkoper uit als hij 
dit weekend de vakantie boekt?
Frans krijgt € 2500,- : 100 × 15% = € 375,- vroegboekkorting.
De totale korting is € 375 + € 50,- + € 100,- = € 525,-.
Hij is dan 100% : 2500 × 525 = 21% goedkoper uit.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Breuken gelijk maken
Breuken optellen

Slide 17 - Tekstslide

Koppel de breuken die hetzelfde zijn.

Vereenvoudigen!
3/12
6/36
7/70
12/24
1/4
1/2
1/6
1/10

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Video