Bio KGT 1 - 4.5 Gezond bewegen

Bio KGT 1 - 4.5 Gezond bewegen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bio KGT 1 - 4.5 Gezond bewegen

Slide 1 - Tekstslide

Boekopdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 9 en 10 
Samen

Slide 3 - Tekstslide

Oefentoetsvragen
Variant

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

VA7b) In de tekst staat dat tennissen zonder warming-up kan zorgen voor een tennisarm. Maar als je op de juiste manier sport, is port juist goed voor de gezondheid.
Geef 3 redenen waarom sporten goed is voor de gezondheid.

Slide 6 - Open vraag

VB6b) De kans op een blessure wordt kleiner als je warming-up, rekoefeningen en een coolingdown doet.
In plaats van coolingdown kan je ook een warme douche nemen. Leg dit uit.

Slide 7 - Open vraag

Oefentoetsvragen

Slide 8 - Tekstslide

A22) Welk verschil verwacht je tussen de beenspieren van een professionele schaatser en iemand die maar 2x per week sport?
A
dikkere beenspieren
B
meer beenspieren
C
allebei

Slide 9 - Quizvraag

A25) Wat gebeurt er als je helemaal stopt met sporten?
A
conditie verslechtert
B
coördinatie verslechtert
C
allebei verbeteren
D
allebei verslechteren

Slide 10 - Quizvraag

A26) Waardoor ontstaat spierpijn?
A
afvalstoffen blijven in de spier
B
kapselbanden beschadigen
C
kleine scheurtjes in de spier

Slide 11 - Quizvraag

A27) Hoe kun je RSI oplopen?
A
verkeerd terechtkomen bij vallen
B
ergens aan stoten, stompen of trappen
C
lange tijd steeds dezelfde beweging maken
D
sterke inspanning / plotselinge beweging

Slide 12 - Quizvraag

B1) Beweging zorgt ervoor dat je lenigheid verbetert
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 13 - Quizvraag

B10) Spierpijn komt doordat alle voedingsstoffen in de spieren zijn opgebruikt.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 14 - Quizvraag

B21) Iemand gaat 3x per week naar de gym/sportschool.
Wat gebeurt er met zijn spieren?
A
meer spieren
B
minder spieren
C
dikkere spieren
D
dunnere spieren

Slide 15 - Quizvraag

B23) Maar deze persoon heeft zijn arm gebroken en moet 2 maanden in gips.
Wat gebeurt er dan met zijn spieren?
A
meer spieren
B
minder spieren
C
dikkere spieren
D
dunnere spieren

Slide 16 - Quizvraag