2425 7.4 Dichtheid 3K

7.4 Dichtheid 3K
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

7.4 Dichtheid 3K

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?


  • Herhalen         
  • Uitleg 7.4 Dichtheid                                                  
  • Opdr. 1 t/m 13 van 7.4                        
  • Afsluiten                                                  

Slide 2 - Tekstslide

Uitleggen wat we gaan doen en hoe lang dit duurt. Benoemen dat klas actief mee doet met de uitleg, zodat we er snel door heen kunnen.
7.1 Materialen toepassen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7.1 Materialen toepassen

- Carbon
- Verspanen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sinds de jaren tachtig is carbonfiber een veelgebruikt materiaal bij de formule 1-sport. Waarom wordt carbonfiber gebruikt?

A
Carbonfiber is zwaar.
B
Carbonfiber is stevig en is licht.
C
Carbonfiber is flexibel en buigbaar.
D
Carbonfiber is licht.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een onderdeel van een formule 1-auto is de uitlaat. De uitlaat is een klein onderdeel en kost veel geld. Uit de uitlaat komen heel hete gassen. Aan welke eigenschap moet het materiaal van een uitlaat in ieder geval voldoen?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In 1994 werd besloten om een houten plank onder formule 1-auto’s te hangen. Daarmee kon worden gecontroleerd of de auto’s voldeden aan een minimale rijhoogte. Het hout werd bewerkt zodat het geschikt was om onder de auto te hangen. Hoe heet het bewerken van hout waarbij kleine stukjes worden weggehaald om het hout een bepaalde vorm te geven?
A
lassen
B
lijmen
C
schroeven
D
verspanen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plastic heeft diverse stofeigenschappen. Het kan bijvoorbeeld in veel kleuren gemaakt worden en is niet breekbaar. Noem een situatie waarvoor je bewust kiest voor plastic omdat je het in verschillende kleuren kunt verkrijgen.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Plastic heeft diverse stofeigenschappen. Het kan bijvoorbeeld in veel kleuren gemaakt worden en is niet breekbaar. Noem een situatie waarvoor je bewust kiest voor plastic omdat het niet breekbaar is.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Plastic heeft diverse stofeigenschappen. Het kan bijvoorbeeld in veel kleuren gemaakt worden en is niet breekbaar. Noem een andere stofeigenschap van plastic.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Grondstof - - > halffabricaat - - - - - - - > eindproduct

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grondstof
Halffabricaat
Eindproduct

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep grondstoffen, halffabricaten en eindproducten in het juiste vak.
Grondstof
Halffabricaat
Eindproduct
Broodtrommel
Autoband
Bomen
Katoenplant
Kunststofkorrels
Lap katoen
Houten planken
Vogelhuisje
Aardolie

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende afvalsoorten

1. Papier/karton
2. Plastic
3. Glas
4. Gft-afval
5. Kca
6. Restafval

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groen afval
plastic afval
Klein chemisch Afval
Glas afval
rest afval
Soorten afval

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

7.4 Dichtheid

Slide 16 - Tekstslide

Voor de les begint: 
  • Printen handout
  • Printen oefenopdrachten
  • Link exitticket in de classroom: https://exitticket.nl/ticket/te0lqdwx
Start van de les:
  • Notitie boekje
  • Magister
  • Nova
  • LessonUp
  • Oefenopdrachten
  • Classroom
Dichtheid
Ieder stof heeft zijn eigen dichtheid. 
De dichtheid geeft aan hoe zwaar de stof is

Hiervoor moet je eerlijk vergelijken door van alle stoffen een blokje van 1 cm3 te nemen.





Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massa en volume
Massa = hoe zwaar is een voorwerp.
Dit meet je met een weegschaal.


Volume = de ruimte die een voorwerp inneemt.
Dit kan je bepalen met l x b x h of met de 
onderdompelmethode.
Onthou: 1 cm3 = 1 mL

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volume = lengte × breedte × hoogte
Onderdompelmethode: je dompelt een voorwerp onder in water, waardoor het water stijgt. De stijging is het volume.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dichtheid bepalen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dichtheid bepalen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zinken, zweven en drijven
Of een voorwerp blijft drijven, zweeft of zinkt hangt af van de dichtheid:

  • Heeft het materiaal van het voorwerp een kleinere dichtheid als de vloeistof drijft het.
  • Hebben het materiaal en de vloeistof dezelfde dichtheid, dan zweeft  het.
  • Heeft het materiaal van het voorwerp een grotere dichtheid als de vloeistof zinkt het.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag:

In deze les heb je tenminste opdracht 1 t/m 9 van 7.4 af.
HW voor de volgende les is 1 t/m 13 en test jezelf van 7.4

Alles af? Laat dit bij je docent checken, dan mag je wat voor jezelf doen.
timer
20:00

Slide 23 - Tekstslide

Ga aan het werk met de opdrachten. Deze heb je in de les af, zo niet in je eigen tijd inhalen. 

Eerste 5 min zelfstandig werken, dus niet overleggen, daarna zachtjes fluisteren.