BZL 3 (trema)
1 / 69
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is correct?
A
ruine
B
rüine
C
ruïne
Slide 2 - Quizvraag
Wat is correct?
A
begroeiing
B
begroeïing
C
begroeiïng
Slide 3 - Quizvraag
Wat is correct?
A
skien
B
skiën
C
skieën
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Wat is correct?
A
theorieen
B
theoriën
C
theorieën
Slide 36 - Quizvraag
Wat is correct?
A
museum
B
museüm
Slide 37 - Quizvraag
Wat is correct?
A
essentieel
B
essentiëel
C
essentieël
Slide 38 - Quizvraag
Wat is correct?
A
commedienne
B
commediënne
Slide 39 - Quizvraag
Wat is correct?
A
beinvloedbaar
B
bëinvloedbaar
C
beïnvloedbaar
Slide 40 - Quizvraag
Wat is correct?
A
geallieerden
B
gealliëerden
C
geallieërden
Slide 41 - Quizvraag
Wat is correct?
A
dietist
B
diëtist
C
dïetist
Slide 42 - Quizvraag
Wat is correct?
A
ruine - geillumineerd
B
ruine - geïllumineerd
C
ruïne - geillumineerd
D
ruïne - geïllumineerd
Slide 43 - Quizvraag
Wat is correct?
A
reeel
B
reëel
C
reeël
