§7.3 Stad of platteland?

De les begint bijna...
  • Leg je boeken op tafel.
  • Als de timer afgaat, is iedereen stil.
Welkom bij...

Aardrijkskunde
De les begint bijna...

  • Laptop dicht!
  • Leg je boeken op tafel.
  • Zorg dat je klaar bent om te beginnen. 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

De les begint bijna...
  • Leg je boeken op tafel.
  • Als de timer afgaat, is iedereen stil.
Welkom bij...

Aardrijkskunde
De les begint bijna...

  • Laptop dicht!
  • Leg je boeken op tafel.
  • Zorg dat je klaar bent om te beginnen. 

Slide 1 - Tekstslide

Lesagenda
  1. Terugblik
  2. Uitleg §7.3
  3. Zelfstandig werken
  4. Afsluiting
Leerdoelen:
  • je kunt uitleggen wat de kenmerken zijn van het platteland (uiterlijk, ruimtegebruik, voorzieningen)
  • Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een agglomeratie, stadsgewest en stedelijk gebied.

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht
  • Wat?        Omschrijf in je schrift de volgende begrippen in                    je eigen woorden:
     migratie, urbanisatie, woningbezetting,     leeftijdsopbouw, voorziening

  • Hoe?       zelfstandig en in stilte
  • Tijd?        Zie timer
timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

W5 Bevolking in de kinkerbuurt, 2017
Aantal inwoners per 01-01-2017                    6195
geboortecijfer                         81
sterftecijfer                             33 -
A                                                                           B
vestiging                            1598
vertrek                               1613 -
vestigingsoverschot                                              C
aantal inwoners per 01-01-2018                         D

Slide 4 - Tekstslide

5 Urbanisatie

Slide 5 - Tekstslide

§7.3 Stad of platteland?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Kenmerken van het platteland
  • weinig bebouwing 
  • veel open ruimte
  • veel ruimte voor landbouw, natuur en recreatie 
  • weinig voorzieningen: een supermarkt, bakker en slager wel, maar een H&M of een ziekenhuis is er niet .

Slide 8 - Tekstslide

Verstedelijking van platteland
  • oorzaak: suburbanisatie
  • gevolgen: voorsteden / suburbs en agglomeraties
  • Vb. Utrecht: centrale stad in stadsgewest
    ➡ stadsgewest = stad met voorsteden
    en dorpen die onderling veel contact hebben.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Stedelijk gebied
  • = stadsgewest die (bijna) aan elkaar vastgegroeid zijn. 
  • Voorbeeld: De Randstad
  • Bestaat uit: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht en alle dorpen en steden die ertussen liggen. 

Slide 11 - Tekstslide

B171 Stad en dorp
  • Verschillen? 
  • Overgangsvormen stad en dorp
    ➡ meten: adressendichtheid

aantekening
Verschillen stad en dorp:
  • hoeveelheid bebouwing
  • woningdichtheid en hoeveelheid hoogbouw
  • bevolkingsdichtheid
  • hoeveelheid voorzieningen
  • hoeveelheid werkgelegenheid
begrippen
  • adressendichtheid: het aantal adressen in een cirkel van een kilometer rond een bepaald adres.
  • dorp: een plaats waar weinig mensen wonen en waar de woningdichtheid laag is
  • stad: een concentratie van mensen en hun activiteiten op een bepaalde plek. Er is veel hoogbouw en de woningdichtheid is hoog.

Slide 12 - Tekstslide

B213 Voorzieningen
  • iets waar bewoners gebruik van kunnen maken
  • dagelijkse voorziening
  • gespecialiseerde voorziening 

Slide 13 - Tekstslide

214 Verzorgingsgebied
  • Een stad heeft voorzieningen die een dorp niet heeft.
  • Stedelijke voorzieningen: voor bewoners van de stad én  omliggende kleinere plaatsen.
  • Verzorgingsgebied = gebied dat is aangewezen op stedelijke voorzieningen van een stad.
    ➡ centrale stad = verzorgingscentrum

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht
  • Wat?       Maken §7.3
                     
  • Hoe?       zelfstandig
  • Tijd?       zie timer

  • Klaar?     Leren: begrippen §7.1 t/m §7.3
timer
20:00

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk

Dinsdag:
  • Maken: §7.3 
  • Leren: begrippen §7.1 tot en met §7.3


Slide 16 - Tekstslide