Het zenuwstelsel en reflexen

Het zenuwstelsel
en reflexen
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Het zenuwstelsel
en reflexen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt de bouw en signaalverwerking van de verschillende typen zenuwcellen beschrijven.
Je kunt de bouw, functie en verwerking van het zenuwstelsel beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

indeling op basis van bouw

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Centrale zenuwstelsel (CZS)
Bestaat uit :
  • Hersenen
  • Het ruggenmerg

Slide 5 - Tekstslide

Indeling op basis van ligging
Grote hersenen:  Controlecentrum
  • Maken het bewust handelen mogelijk. 
  • Prikkels komen hier aan en worden verwerkt.
  • Functies als denkvermogen, taal, geheugen, creativiteit en nieuwe dingen aanleren.




Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Kleine hersenen
Coördinatie en balans/ evenwicht.
 Gevoelig voor alcohol. 

Slide 8 - Tekstslide

Hersenstam
Bestuurt belangrijke levensfuncties: Ademhalen, slaap- waakcyclus, spijsvertering reguleren, kauwen, slikken, huilen, plassen.

Slide 9 - Tekstslide

Ruggenmerg
  • Is onderdeel van het centrale zenuwstelsel, en bevindt zich in het kanaal van de wervelkolom .
  • Hierdoor lopen alle zenuwen die van en naar de hersenen toe gaan.
  • Dwarslaesie: breuk in de verbinding

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Perifeer zenuwstelsel
Bestaat uit zenuwen die impulsen aan- en afvoeren vanuit het lichaam naar het centraal zenuwstelsel. Alles behalve het CZS.



Slide 12 - Tekstslide

Indeling op basis van Bewustzijn 



Somatisch: Bewust, bv lopen, praten, zwaaien

Autonoom:
onbewust: stuurt het hart en gladde spierweefsels (zoals maag-darmstelsel, bloedvaten, luchtwegen, voortplantingsorganen)
aan. Over dit gedeelte hebben wij geen controle.


Slide 13 - Tekstslide

Reflex
Een reflex is een onwillekeurige reactie van de spieren op een prikkel. Er vindt geen bewustwording in de hersenen plaats dus de route is kort.

Pas later besef je wat er gebeurde.


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Gevoelszenuwcel

Bewegingszenuwcel

Slide 17 - Tekstslide

Elektrisch signaal wordt chemisch signaal
vesticels -> neuro transmitter -> receptor

Slide 18 - Tekstslide

Het hormoon dat het lichaam snel tot grote activiteit kan aanzetten (bijv. vluchten) wordt geproduceerd door:
A
bijnieren
B
schildklier
C
hypofyse
D
alvleesklier

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Welke prikkel hoort bij welk zintuig?
Prikkel: 
Licht
Prikkel: 
Geur
Prikkel: 
Smaak
Prikkel: 
Geluid
Prikkel: 
Temperatuur, Pijn

Slide 21 - Sleepvraag

Schakelcel
Bewegingszenuwcel
Gevoelszenuwcel
sleep de juiste namen naar de zenuwcellen

Slide 22 - Sleepvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Bewegingszenuw
schakelcel
ruggenmerg
Gevoelszenuw

Slide 25 - Sleepvraag

De hersenen

Witte stof: Uitlopers van schakelcellen

Grijze stof:  Cellichamen van schakelcellen
(Cellichamen bewegingszenuwcellen)

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Centrale zenuwstelsel
Perifeer zenuwstelsel
Grote hersenen
Hersenstam
Hersenzenuw
Ruggenmergzenuw
Kleine hersenen

Slide 29 - Sleepvraag

Sleep de functie naar het juiste hersendeel.
Grote hersenen
Kleine hersenen
Hersenstam
Motorische schors
Sensorische schors
Verweking zintuigimpulsen
Kruising zenuwen
Verwerking bewust processen
Aanmaak effectorimpulsen
Coördineren bewegingen 

Slide 30 - Sleepvraag