6.3 deel 2

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: 6.3 deel 2
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doel
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: 6.3 deel 2
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doel
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening

 Doe je boek even dicht en kijk mee in lessonup

Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
- begrijp je waarom een visum belangrijk is voor migranten; 
- kun je uitleggen wat de overeenkomsten zijn tussen koloniale migratie, gezinsmigratie en kettingmigratie. 

Leergebied overstijgende doelen:
Samenwerkend leren:
- Past zijn gedrag aan terechte kritiek van een medeleerling. 
- Onderhandelt en maakt afspraken met anderen in een team om en gemeenschappelijk doel te behalen. Kan het groepsbelang voor het eigen belang zetten.

Slide 3 - Tekstslide

3. Mini-check
Verdiept arrangement (gemiddeld een 8 of hoger):
Niemand 

Iedereen doet mee met de mini-check!

Slide 4 - Tekstslide

Wat betekent het begrip:
Een visum
A
Een vergunning om in een land te wonen
B
Een speciale vergunning om een land binnen te komen.
C
Een vergunning om in een land te werken.
D
Een identiteitsbewijs.

Slide 5 - Quizvraag

De vrouw en kinderen van Kamal kwamen later naar Nederland dan hij.
Hoe noemen we dat?
A
Gezinsasiel
B
Kettingmigratie
C
Gezinsmigratie
D
Koloniale migratie

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noem je de migratie van mensen uit curaçao die in Nederland komen wonen?
A
Koloniale migratie
B
Kettingmigratie
C
Gezinsmigratie

Slide 7 - Quizvraag

Wie maakt wat:
Had je alle vragen goed: dan mag je zonder instructie beginnen aan de opdracht 5 t/m 9 op blz. 67 t/m 69

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Naar de EU?
Mensen uit bijvoorbeeld Afrika proberen de EU in te komen

Hiervoor heb je een visum nodig, anders ben je illegaal..

Een visum is een officieel bewijs dat je in een land mag blijven. 

Slide 10 - Tekstslide

Een kwart van de inwoners van Nederland heeft een migratieachtergrond.  

Veel Inwoners zijn van de vroegere kolonies, namelijk  Indonesië, Suriname en de Nederlandse Antillen.
 
Deze groep migranten noem je: 
  • koloniale migranten

Slide 11 - Tekstslide

Andere groepen Nederlanders met een migratieachtergrond zijn:
  
  • mensen die naar Nederland kwamen voor werk (economische reden)
     
  • achterblijvers die goede verhalen hoorden over Nederland, deze vorm van migratie noem je kettingmigratie
     
  • mensen die zich bij hun gezin wilden voegen (sociale reden), dit noem je gezinsmigratie
 

Slide 12 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
--> Intensief arrangement: Alle vragen van de mini-check fout:
Je maakt samen met de leerkracht opdracht 9, 14 en 16.

Slide 13 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
 Je maakt zelfstandig opdracht 5 t/m 9 op blz. 67 t/m 69



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
 Daarna maak je de verdiepingsopdrachten op blz. 71
timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

7. Evaluatie 
Hoe ging de les? Zijn er opdrachten waar je moeite mee had?
Heb je nog ergens vragen over? 

- begrijp je waarom een visum belangrijk is voor migranten; 
- kun je uitleggen wat de overeenkomsten zijn tussen koloniale migratie, gezinsmigratie en kettingmigratie. 

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk
6.3 opdracht 5 t/m 9
Toetsen


Slide 16 - Tekstslide