Sector 03 - Recht en de naleving van rechtsregels (juridische veld)

Sector 03 - Recht en de naleving van rechtsregels 
(juridische veld)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijSecundair onderwijs

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Sector 03 - Recht en de naleving van rechtsregels 
(juridische veld)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

De noodzaak aan regels
Om het samenleven van mensen mogelijk te maken hebben we afspraken en regels nodig. We maken een onderscheid tussen gedragsregels en rechtsregels. 
In de eerste plaats zijn er gedragsregels, waarvan brede lagen van de bevolking vinden dat ze nageleefd moeten worden door iedereen. Die gedragsregels (normen) worden in ethisch opzicht zo belangrijk gevonden, dat overtreders van gedragsregels gesanctioneerd worden.  

Slide 4 - Tekstslide

De noodzaak aan regels
Gedragsregels vormen vaak de bron van rechtsregels. Rechtsregels zijn gedragsregels die hun gezag ontlenen aan de overheid. Ze zijn juridisch afdwingbaar. De belangrijkste geschreven rechtsregels zijn vastgelegd in de Grondwet, in wetten en besluiten.

Het recht regelt wat mag, niet mag en moet volgens de overheid.  

Slide 5 - Tekstslide

De noodzaak aan regels
De belangrijkste functie van recht is het gedrag van mensen ordenen en coördineren. Recht ordent de samenleving waardoor mensen hun gedrag op elkaar kunnen afstemmen.

Bijvoorbeeld: we stoppen allemaal voor een rood licht en bij groen mogen we doorrijden. Dit heeft niks met normbesef te maken maar het is wel een belangrijke regel om de maatschappij in goede banen te leiden.

Slide 6 - Tekstslide

De noodzaak aan regels
De handhaving van recht kent een georganiseerde structuur in hoven en rechtbanken om conflicten op te lossen wanneer iemand zich niet aan de regels houdt, om overtredingen te bestraffen, om schade te herstellen of juridische zaken te regelen.

Recht is dus een geheel van gedragsregels met bijkomende institutionele voorschriften die worden opgelegd door de maatschappij met als doel de ordering van de maatschappij.

Slide 7 - Tekstslide

Je rechten als persoon
Bij je geboorte werd je met je familienaam en voornaam ingeschreven in het geboorteregister van de gemeente waar je geboren bent. Je bent dus een natuurlijk persoon. Elke natuurlijke persoon is drager van rechten en plichten.

Slide 8 - Tekstslide

Je rechten als persoon

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk je ID. Door welke gegevens word je geïdentificeerd?

Slide 10 - Open vraag

Je rechten als persoon
Op je identiteitskaart staan ook je woonplaats.
Als natuurlijke persoon ben je volledig rechtsbekwaam. Dit wil zeggen dat je drager bent van alle mogelijk rechten en plichten. Ook als minderjarige. 

Slide 11 - Tekstslide

Je rechten als persoon
Iemand die voor de wet rechtshandelingen mag verrichten is handelingsbekwaam. De persoon kan de gevolgen van een overeenkomst goed inschatten. Minderjarige worden door de Belgische wetgever handelingsonbekwaam geacht.
Een persoon kan door de rechtbank verlengd minderjarig worden verklaard wanneer die wegens een ernstige geestelijke achterstand ongeschikt is. 

Bekijk het schema op pagina 56

Slide 12 - Tekstslide

Op welke leeftijd mag je alleen gaan wonen?

Slide 13 - Open vraag

Op welke leeftijd beslis je of je nog school blijft gaan?

Slide 14 - Open vraag

Indeling van het recht in privaatrecht en publiekrecht
Dit is de klassieke basisindeling van het nationale recht in privaatrecht en publiekrecht. 

Het privaatrecht regelt de verhouding tussen de burgers onderling.
Het publieksrecht regelt de verhouding tussen burgers en overheid en tussen staren onderling.

Slide 15 - Tekstslide

Privaatrecht 
Burgerlijk recht = regelt de meest elementaire verhoudingen tussen burgers. Vind je hoofdzakelijk terug in Burgerlijke Wetboek en andere wetten. Bij geschillen kan je terecht bij de vrederechter, de rechtbank van eerste aanleg, familie- en jeugdrechtbank en het hof van beroep.

Slide 16 - Tekstslide

Privaatrecht 
Handelsrecht = regelt het statuut van handelaren en handelsactiviteiten. Terug te vinden in het Wetboek Economisch Recht en het Wetboek Vennootschappen.  Geschillen komen voor in rechtbank van koophandel en hof van beroep.
Sociaal recht = is in 2 delen: Arbeidsrecht en sociaal zekerheidsrecht. betwistingen gaan via de arbeidsrechtbanken en arbeidshoven. 

Slide 17 - Tekstslide

Privaatrecht 
Privaatrechtelijk procesrecht = regelt de inrichting en bevoegdheden van privaatrechtelijke rechtscolleges en ook het verloop van de procedure. 

Slide 18 - Tekstslide

Publiekrecht 
Grondwet= regelt de basisregels van de inrichting van de staat en de grondrechten van de burgers vast. 
Administratief recht= regelt de inrichting en de werking van de administratie. 
Fiscaal recht= bepaalt hoe de belastingen worden gevormd en geïnd. 
Strafrecht= regelt welke handelingen strafbaar zijn en bepaalt de straffen die daarvoor gelen. 

Slide 19 - Tekstslide

Publiekrecht 
Strafproceswet= regelt de inrichting, de bevoegdheid en de procedure van de strafgerechten. 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Vaktaal
Recht: het geheel van wetten en regels waarmee de mens de samenleving ordent
Gedragsregels: (normen) brede lagen van de samenleving vinden dat ze nageleefd moeten worden
Rechtsregels:  zijn juridisch afdwingbaar. Belangrijkste functie is het gedrag van mensen ordenen en coördineren. 
Natuurlijke personen of fysieke personen : zijn personen van vlees en bloed, met andere woorden mensen.



Slide 22 - Tekstslide

Vaktaal
Rechtspersonen: zijn instellingen of groepen waaraan het recht een eigen  zelfstandigheid en de eigenschappen van de natuurlijke personen toekent. Rechtspersonen zijn fictieve personen.
Privaatrecht: regelt de verhouding tussen de burgers onderling - Burgerlijk recht, handelsrecht, sociaal recht, privaatrechtelijk procesrecht. 
Publiekrecht: regelt de verhouding tussen burgers en overheid en tussen staten onderling - Grondwet, administratief recht, fiscaal recht, strafrecht.


Slide 23 - Tekstslide