Herhaling H1 | Stunde 2

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Herzlich willkommen im Deutschunterricht! 

Die Personalpronomen

Noem de 'Personalpronomen'

Personalpronomen

Herhaling Personalpronomen

mnl. woord (der Fisch, der Vater, der Rucksack, etc.)	er
vrl. woord (die Mutter, die Straße, die Suppe, etc.)	sie
onz. woord (das Buch, das Kind, das Stadion, etc.)	es
mv. woord (die Eltern, die Chips, die Geschwister, etc.)	sie

Sarah macht Hausaufgaben

1. er
2. sie (enkelvoud)
3. es
4. sie (meervoud)

Mustafa wohnt in Rotterdam

1. er
2. sie (enkelvoud)
3. es
4. sie (meervoud)

Sibel färbt ihr Haar

1. er
2. sie (enkelvoud)
3. es
4. sie (meervoud)

Efe Kaan und Eymen spielen Videogames

1. er
2. sie (enkelvoud)
3. es
4. sie (meervoud)

Lela, Saphira und Nisa sprechen über TikTok

1. er
2. sie (enkelvoud)
3. es
4. sie (meervoud)

FEESTTENTEN-REGEL

FEESTTENTEN - dat gaat over...

1. Dikke party!
2. Geen idee :-(
3. Iets met werkwoorden

Wat was het ook alweer? De 'feesttenten'-regel?

Leg de ezelsbrug feesttenten uit
(met het werkwoord wohnen)

Hoofdregel (feesttenten)

	FE-
ich	spiel e
du	spiel st
er / sie / es	spiel t
wir	spiel en
ihr	spiel t
sie / Sie	spiel en

Wat/hoe is zijn achternaam?

Wat/hoe is haar achternaam?

Wat is zijn voornaam?

Wat is haar voornaam?

Waar komt hij vandaan?

Waar komt zij vandaan?

Hoe oud is hij?

Hoe oud is zij?

Waar woont hij?

Waar woont zij?

Wie ist sein Familienname?

Wie ist ihr Familienname?

Wie ist sein Vorname?

Wie ist ihr Vorname?

Woher kommt er?

Woher kommt sie?

Wo wohnt er?

Wo wohnt sie?

Wie alt ist er?

Wie alt ist sie?

Gesprekje 'Wechselspiel'

Schüler A + Schüler B

Fragen stellen und beantworten

Zeige dein Blatt nicht! (= laat je blad niet zien)

Let op!

Bij jongens: er wohnt / Peter wohnt / ... 

Bij meisjes: sie wohnt / Marieke wohnt / ...

Wat heb je geleerd vandaag?

Wat zou je nog willen weten over Duits? Wat wil je graag herhalen?