4.6 Confessionelen en feministen

4.6 Confessionelen en feministen

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

4.6 Confessionelen en feministen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen welke drie groepen in de 19e eeuw wilden emanciperen/ voor hun rechten opkwamen, en wat er voor deze groepen veranderde vanaf de Pacificatie van 1917. 

Slide 2 - Tekstslide


Feministen



Vrouwen die opkomen voor 
de (gelijke) rechten van de vrouw

Slide 3 - Tekstslide

rond 1900
eerste feministische golf

Vrouwen waren wettelijk  handelingsonbekwaam. Ze

wilden dezelfde rechten als mannen: dezelfde onderwijskansen en kiesrecht. 


Slide 4 - Tekstslide

Aletta Jacobs
  •  1854 - 1929 
  • Bekendste feministe van Nederland
  • Eerste vrouw die afstudeerde aan een universiteit. 

Slide 5 - Tekstslide

Aletta Jacobs
  • Aletta werd de eerste vrouwelijke huisarts
  • Ze vestigde zich in Amsterdam.
  • Ze had een gratis spreekuur voor vrouwen uit de Jordaan


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video


Vereeniging voor 
Vrouwenkiesrecht (VVVK)


belangrijke vrouwen in deze organisatie:
Wilhelmina Drucker
Aletta Jacobs

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Emancipatiebewegingen:
1.  Vrouwen (o.a. kiesrecht en recht op studie)

2. Arbeiders (kiesrecht/sociale wetgeving zoals minimumlonen, 
    8-urige werkdag, ouderdomsverzekering)

3. Confessionelen (schoolstrijd=strijd voor de financiële
    gelijkstelling van het openbaar en bijzonder onderwijs)

Confessionelen (katholieken en protestanten)  gebruiken de bijbel als uitgangspunt voor hun politieke ideeën.


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Kuyper:
Protestanten

Schaepman:

Katholieken 

Slide 12 - Tekstslide

 Protestanten
  • Eerste politieke partij van Nederland: ARP (1879).
  • Abraham Kuyper, 
  • Stemmers: "Kleine Luyden": arbeiders die hard werkten: winkeliers, schoolmeesters, boeren.
  • Kuyper wil dat zijn achterban mag stemmen.  

Slide 13 - Tekstslide

Katholieken
  • RKSP & KVP
  • Herman Schaepman
  • Achtergestelde groep (alleen veel katholieken in het Zuiden). Willen dezelfde rechten als protestanten.
  • Vanaf 1848 groeien zij in aantal: door de nieuwe grondwet was er vrijheid van geloof en vrijheid van onderwijs. 

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag
Maken vraag 1 t/m 5 van paragraaf 6

Inplannen PW h4

Slide 15 - Tekstslide

4.6 Confessionelen en feministen

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen welke drie groepen in de 19e eeuw wilden emanciperen/ voor hun rechten opkwamen, en wat er voor deze groepen veranderde vanaf de Pacificatie van 1917. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video


De schoolstrijd
  • Het openbare onderwijs werd betaald door de overheid en was neutraal.
  • Protestanten en katholieken richtten hun eigen scholen op. Dit is het bijzonder onderwijs.
  • De confessionelen streden voor gelijke rechten (emancipatie):
  1. De overheid moest ook bijzondere scholen financieren (schoolstrijd).
  2. Bij het maken van wetten moet meer rekening gehouden worden met geloof.
  • In 1917 werden alle scholen gelijk gesteld.  





Slide 19 - Tekstslide

Wanneer werd de Schoolstrijd opgelost?
A
1917
B
1925
C
1914
D
1919

Slide 20 - Quizvraag

Deze vraag gaat over de schoolstrijd in Nederland.

Over de betaling van de overheid van welke type onderwijs ging de schoolstrijd?
A
het speciaal onderwijs
B
het liberaal onderwijs
C
het bijzonder onderwijs
D
het openbaar onderwijs

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Afspraken Pacificatie van 1917 

  • Alle mannen ouder dan 23 hebben algemeen kiesrecht, zij mogen stemmen
  • Passief kiesrecht voor vrouwen (actief kiesrecht vanaf 1919/1922) Let op: actief kiesrecht is dat je zelf mag stemmen, passief kiesrecht is dat mensen op jou mogen stemmen, dus dat je je verkiesbaar kunt stellen)
  • stelsel van evenredige vertegenwoordiging in plaats van districtenstelsel (verkiezingen) (percentage stemmen =percentage zetels in parlement)
  • Gelijke financiering voor zowel openbaar- als bijzonder onderwijs (einde Schoolstrijd)

Slide 24 - Tekstslide

Drie grote veranderingen door de Pacificatie van 1917:
A
1. kiesrecht mannen en vrouwen, 2. einde schoolstrijd, en 3. nieuw kiesstelsel
B
1. kiesrecht mannen, 2. nieuwe koning, en 3. nieuw kiesstelsel
C
1. kiesrecht mannen, 2. einde schoolstrijd, en 3. nieuw kiesstelsel
D
1. kiesrecht mannen en vrouwen, 2. einde schoolstrijd, en 3. nieuw parlement

Slide 25 - Quizvraag

Emancipatie van confessionelen, arbeiders en vrouwen
  • Er komt een einde aan de Schoolstrijd: zowel Openbaar- als Bijzonder onderwijs krijgen nu geld van de overheid

  • Er komt in 1917 Algemeen Kiesrecht voor mannen (vanaf 23 jaar)
( actief en passief)
  • Er komt kiesrecht voor vrouwen (1917: passief kiesrecht, 1919: actief kiesrecht)

Slide 26 - Tekstslide

Belangrijke begrippen, personen en jaartallen
  • feminisme
  • Aletta Jacobs en Wilhelmina Drucker
  • confessionelen
  • Kuyper - protestanten
  • Schaepman - katholieken
  • schoolstrijd Pacificatie van 1917
  • algemeen kiesrecht

Slide 27 - Tekstslide

Welke combinatie is onjuist?
A
Schaepman - confessionalisme
B
Thorbecke - liberalisme
C
Drucker - feminisme
D
Kuyper - socialisme

Slide 28 - Quizvraag

Hieronder zie je 3 opmerkingen.

1. streefde naar meer gelijkheid.
2. streefde naar meer vrijheid.
3. streefde naar gelijke rechten voor vrouwen.

Welke politiek-maatschappelijke beweging hoort bij elke opmerking?
A
1. feminisme, 2. liberalisme, 3. socialisme
B
1. liberalisme, 2. socialisme, 3. feminisme.
C
1. socialisme, 2. feminisme, 3. liberalisme
D
1. socialisme, 2. liberalisme, 3. feminisme.

Slide 29 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen welke drie groepen in de 19e eeuw wilden emanciperen/ voor hun rechten opkwamen, en wat er voor deze groepen veranderde vanaf de Pacificatie van 1917. 

Slide 30 - Tekstslide

Aan de slag
Maken heel paragraaf 6

Slide 31 - Tekstslide