Duits

Duits
Wat betekent het Nederlandse woord in het Duits?

Wat betekent het Duits woord in het Nederlands?
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Duits
Wat betekent het Nederlandse woord in het Duits?

Wat betekent het Duits woord in het Nederlands?

Slide 1 - Tekstslide

de naam
A
der Name
B
die Namen

Slide 2 - Quizvraag

oud
A
olt
B
ult
C
alt
D
ilt

Slide 3 - Quizvraag

twintig
A
zwonzig
B
zwanzig
C
zweizehn
D
zwolf

Slide 4 - Quizvraag

heute
A
morgen
B
overmorgen
C
gisteren
D
vandaag

Slide 5 - Quizvraag

die Woche
A
de week
B
het weekend
C
de dag
D
de maand

Slide 6 - Quizvraag

kein
A
niet
B
geen
C
kind
D
en

Slide 7 - Quizvraag

de broers en zussen
A
die Schwester
B
die Cousine
C
die Eltern
D
die Geschwister

Slide 8 - Quizvraag

wichtig
A
onbelangrijk
B
juist
C
belangrijk
D
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

ins Kino gehen
A
naar de bioscoop gaan
B
je kimono aantrekken
C
naar het zwembad gaan
D
je kiel uittrekken

Slide 10 - Quizvraag

das Einzelkind
A
het leukste kind
B
het enig kind
C
het mooiste kind
D
het tweede kind

Slide 11 - Quizvraag

Clique
A
kliekjes
B
meidengroep
C
klikken
D
vriendengroep

Slide 12 - Quizvraag

het vmbo
A
die Hauptschule
B
die Gesamtschule
C
die Realschule
D
das Gymnasium

Slide 13 - Quizvraag

schrijven
A
lesen
B
sprechen
C
schreiben
D
horen

Slide 14 - Quizvraag

einfach
A
eerlijk
B
ongemakkelijk
C
oneerlijk
D
makkelijk

Slide 15 - Quizvraag

das Fahrrad
A
de step
B
de fiets
C
de trein
D
de auto

Slide 16 - Quizvraag

der Insel
A
het strand
B
het eiland
C
het buitenland
D
het binnenland

Slide 17 - Quizvraag

eigentlich
A
eigenlijk
B
eindelijk
C
eigenwijs
D
eigendom

Slide 18 - Quizvraag

am Mittwoch
A
midden in de week
B
op woensdag
C
op dinsdag
D
einde van de week

Slide 19 - Quizvraag

economie
A
Wissenschaft
B
Gesellschaft
C
Wirtschaft
D
Ausbildung

Slide 20 - Quizvraag

hoe
A
wie
B
wat
C
waar
D
wanneer

Slide 21 - Quizvraag