doping en drugs

afbraak gifstoffen
alcohol , drugs en medicijnen
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

afbraak gifstoffen
alcohol , drugs en medicijnen

Slide 1 - Tekstslide

Definitie "doping"
Een niet-natuurlijk middel of methode waarbij een sporter het doel heeft om zijn spieren te versterken of zijn uithoudingsvermogen te verbeteren.

Slide 2 - Tekstslide

drugs
zowel soft als harddrugs zijn illegaal.
Maar softdrugs worden gedoogd in kleine hoeveelheden.

Slide 3 - Tekstslide

Wat doen drugs met je?
  • Verdovende middelen: werken versuffend

  • Stimulerende middelen: laten je hersenen sneller werken

  • Bewustzijnsveranderende middelen: laten je hersenen anders werken



Slide 4 - Tekstslide

werking drugs

1. stimulerende drugs: XTC, cafeïne.

2. verdovende middelen: heroïne alcohol

3. bewustzijnsveranderende middelen: lsd en paddo 's.


Je kunt geestelijk og lichamelijk afhankeljk worden van drugs

Slide 5 - Tekstslide

Invloed van drugs
De invloed van drugs is afhankelijk van 4 dingen:

1. de hoeveelheid die je inneemt
2. hoe je je op dat moment voelt
3. de omgeving
4. de soort drugs die je gebruikt

Slide 6 - Tekstslide

Invloed drugs op je hersenen
Verdovend (alcohol, heroïne)
Stimulerend (nicotine, cocaïne, MDMA)
Bewustzijnveranderend (LSD, paddo’s)

Slide 7 - Tekstslide

Drugs heeft invloed op de zintuigen
Drugs verdoofd, stimuleren, bewustzijnsveranderd


Stoned = verdoofd
druk, energiek=stimuleren
hallucineren=bewustzijn veranderend

Slide 8 - Tekstslide

Drugs
  • Opiumwet  (verboden)
  • Lijst 1 harddrugs
  • Lijst 2 softdrugs (gedoogbeleid)

Slide 9 - Tekstslide

Drugs & de wet
Lijst 1 - harddrugs: Heroïne, cocaïne, XTC en GHB zijn verboden.
Lijst 2 - softdrugs: hasj, wiet, cannabies, paddo's.

Sommige drugs zijn geneesmiddelen en vallen niet onder de Opiumwet. Deze staan in de Geneesmiddelenwet. 

Slide 10 - Tekstslide

Lijst 2 drugs zijn verboden
behalve als de dokter ze voorschrijft.
Lijst 1 drugs zijn ook verboden, maar worden gedoogd. Je wordt niet gestraft als je ze gebruikt in kleine beetjes.
Coffeeshops mogen cannabis verkopen binnen de regels. 

Slide 11 - Tekstslide

De werking van drugs
Drugs beinvloeden de hersenen en zorgen voor lichamelijke en geestelijke effecten. Ze kunnen stimuleren, verdoven en bewustzijnsveranderend werken.

Slide 12 - Tekstslide

werking van drugs (1)
stimulerend
meer energie en alerter. 
koffie (caffeine), speed (amfetamine), cocaine)



Slide 13 - Tekstslide

BEINVLOEDING van gedrag

Zintuigen en zenuwstelsel


DOOR; alcohol, drugs of medicijnen

Slide 14 - Tekstslide

Drugs voorbeelden en drugs in Nederland

Slide 15 - Tekstslide

Verslaving
Je kunt niet meer stoppen met Drugs gebruiken. Als je wilt stoppen dan voel je je ziek. Je lichaam kan niet meer zonder drugs. 

Slide 16 - Tekstslide

Meest schadelijke drugs top 5
  1. Crack 
  2. Heroïne 
  3. Tabak 
  4. Alcohol 
  5. Cocaïne 

Slide 17 - Tekstslide

Wat heeft drugs en alcohol nou met de bloedsomloop te maken?

Slide 18 - Tekstslide

Aanmaak van rode bloedcellen

Nieren hebben invloed op de aanmaak van de rode bloedcellen en daarmee op het zuurstofgehalte van het bloed.


Ze zijn in staat veranderingen in het zuurstofgehalte te registreren.


Bij te weinig zuurstof in het bloed geeft het nierweefsel meer erytropoëtine (EPO) aan het bloed af.

Dit hormoon stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen in het rode beenmerg.


Hierdoor kan het bloed meer zuurstof binden en stijgt het zuurstofgehalte van het bloed.

Slide 19 - Tekstslide

Verandering van bewustzijn
Sommige middelen hebben invloed op je bewustzijn. 
Het bewustzijn neemt dingen waar. 
Deze drugs zorgen ervoor dat je dingen anders waarneemt. 

Dit soort drugs noemen we TRIPPERS
(denk aan LSD, Hasj, wiet, paddo's)

Slide 20 - Tekstslide

effecten drugs
positieve effecten: opgewekter, lekker gevoel, roes, high, stoned, vrolijk, ontspannen...

negatieve effecten: trippen, angstaanvallen, agresief, hartstilstand...

gewenning: Als je steeds meer moet gebruiken voor hetzelfde effect.

overdosis: een dodelijke hoeveelheid drugs gebruiken. ontstaat vaak door gewenning.

"beroemde drugs": XTC, heroïne, cocaïne.

Slide 21 - Tekstslide

beïnvloeding

sommige stoffen kunnen het zenuwstelsel beïnvloeden

bv. medicijnen, drugs en alcohol.


Deze kunnen impulsen remmen, je suf maken of juist heel energiek.

Slide 22 - Tekstslide

Drugs: Downers -  Uppers - Trippers

Drugs kunnen grofweg in drie soorten ingedeeld worden:
 
¥ Downers, ofwel verdovende middelen;
¥ Hieronder kunnen alcohol, slaap- en kalmeringsmiddelen, opium, morfine en heroïne ingedeeld worden.
   Ook hasj wordt meestal gebruikt vanwege de ontspannende werking.
 
¥ Uppers, ofwel stimulerende middelen;
¥ Hieronder vallen cafeïne, nicotine, XTC, cocaïne en speed.
 
¥ Trippers, ofwel waarnemings veranderende middelen: drugs die de zintuiglijke waarneming veranderen;
¥ Voorbeelden hiervan zijn; paddo’s, LSD en bij een sterke of grote hoeveelheid, hasj en wiet
 

Slide 23 - Tekstslide

Verdovend
Deze middelen werken kalmerend. 
Je wordt er rustiger van. 
Ademhaling en hartslag gaan omlaag. 

we noemen deze drugs DOWNERS
(heroine, GHB, alcohol, slaapmiddelen)

Slide 24 - Tekstslide

Drugs
Drugs zijn stoffen die je hersenen beïnvloeden.

Ze kunnen:
- verdoven                               (downers)
- oppeppen                              (uppers)
- je bewustzijn veranderen      (trippers)

Voorbeelden van drugs:
- Tabak en  Alcohol
- Soft- en harddrugs (hasj, wiet, cocaïne)
- Slaap- en kalmeringsmiddelen
- Cafeïne en XTC

Het kan je ontspannen en laat je dingen (een moment) vergeten.

Drugs beïnvloedt je hersenen:
Het denken, voelen en 
wat je om je heen ziet en hoort.

Slide 25 - Tekstslide

Stimulerend
- je hartslag gaat omhoog
- je wordt actiever
- spieren spannen zich aan
- bloeddruk gaat omhoog

we noemen dit UPPERS 
(cocaine, amfetamine, tabak, koffie)

Slide 26 - Tekstslide

Verslaving
Dwangmatig gebruik van middelen en onvermogen dit gebruik onder controle te houden.
Langdurige veranderingen in beloningssysteem --> behoefte aan drugs (=lichamelijke verslaving) ontstaat

Slide 27 - Tekstslide

Depressie bij pubers
  • Grote invloed hormoon veranderingen op somberheid 
  • Trigger door traumatische gebeurtenis; scheiding/overlijden
  • Psychologische factoren 
  • Biologische factoren (aanleg)

Vlucht in alcohol of drugs verergert depressie vaak!

Slide 28 - Tekstslide

EPO
1. Nieren produceren EPO.
Merken tekort aan zuurstof
Reageren door productie EPO

2. Beenmerg produceert hierdoor meer rode bloedcellen.

3. Nieren genoeg zuurstof, 
stop productie EPO. (afb. 37)

Slide 29 - Tekstslide

Nut van EPO als doping
Uit recent onderzoekt zou blijken dat EPO niet leidt tot verbeterde (fiets)prestaties

Slide 30 - Tekstslide

Door training op kracht worden spiercellen zwaarder en komen er meer spiercellen en neemt het aantal myofribillen toe. Als je op uithoudingsvermogen traint, neemt alleen de doorbloeding toe.
Door anabole steroïden te gebruiken, neemt de spierkracht toe. De werking lijkt op testosteron: groei van spieren, meer bloedcellen, maar ook andere mannelijke kenmerken.

Slide 31 - Tekstslide