De "Ik ben"-uitspraken van Jezus zijn krachtige verklaringen waarin hij zijn goddelijke identiteit en relatie met de mensheid benadrukt. Hier zijn enkele voorbeelden:
Ik ben het brood des levens: Jezus zegt dit in Johannes 6:35, waar hij verklaart dat wie tot hem komt nooit meer honger zal hebben en wie in hem gelooft nooit meer dorst zal hebben.
Ik ben het licht der wereld: Dit zegt Jezus in Johannes 8:12, waar hij verkondigt dat wie hem volgt, niet in duisternis zal wandelen, maar het licht des levens zal hebben.
Ik ben de deur: In Johannes 10:9 zegt Jezus dat hij de deur is; wie door hem naar binnen gaat, zal gered worden.
Ik ben de goede herder: Jezus beschrijft zichzelf als de goede herder die zijn leven geeft voor zijn schapen, zoals vermeld in Johannes 10:11.
Ik ben de opstanding en het leven: Jezus spreekt deze woorden in Johannes 11:25, waar hij belooft dat wie in hem gelooft, zal leven, zelfs als hij sterft.
Ik ben de weg, de waarheid en het leven: Deze uitspraak van Jezus, te vinden in Johannes 14:6, benadrukt dat hij de enige weg naar God is.
Ik ben de ware wijnstok: Jezus vergelijkt zichzelf met de wijnstok en zijn volgelingen met de ranken die in hem moeten blijven om vrucht te dragen, zoals vermeld in Johannes 15:1-5.
Elke "Ik ben"-uitspraak onthult een aspect van Jezus' goddelijke natuur en de relatie die hij wil hebben met degenen die in hem geloven.