6.3 kaart en schaal

Statistiek
6. Vergroten en verkleinen

6.3 Kaart en schaal
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Statistiek
6. Vergroten en verkleinen

6.3 Kaart en schaal

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Opening
  • Doel van de les 
  • Terugblik
  • Instructie
  • Begeleid inoefenen
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Lesopening
Neem het boek van wiskunde voor je op bladzijde 72.

Pak je rekenmachine en geodriehoek.


Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel

Slide 4 - Tekstslide

Aan het einde van deze les...
............. kun je berekeningen maken met kaarten op schaal. 

Slide 5 - Tekstslide

- origineel
- beeld
- formule
- vergrotingsfactor
- oppervlakte vergroten
Wat weten we al?

Slide 6 - Tekstslide

Driehoek PQR is een vergroting
van driehoek ABC.
BC = 12 mm en QR = 20 mm.
Wat is de vergrotingsfactor?
A
12 : 20 = 0,6
B
12 X 20 = 240
C
20 : 12 = 1,67
D
weet ik niet

Slide 7 - Quizvraag

De vergrotingsfactor is 0,9.
Het beeld (nieuw) is dan .......als het origineel (oud)
A
Groter
B
Kleiner

Slide 8 - Quizvraag

Een kikker is in het echt 5 cm lang en 3 cm hoog. De vergrotingsfactor is 2,4.
Bereken de maten van de vergroting
A
5 x 3 = 15 15 x 2,4 = 36 cm
B
5 x 2,4 = 12 cm 3 X 2,4 = 7,2 cm
C
5 + 3 = 8 8 x 2,4 = 19,2 cm

Slide 9 - Quizvraag

Een poster wordt vergroot met een vergrotingsfactor van 1,8.
De poster is 25 cm breed en 45 cm lang. Hoe groot is de oppervlakte van de vergroting?
A
3645 m²
B
1125 m²
C
2025 m²
D
81 m²

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld:
De schaal is 1 : 460000
Dit betekent: 1 cm op de kaart is 460000 cm in het echt
Je spreekt het uit als:
Schaal 1 op 460000
De vergrotingsfactor is: 460000.

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld:
Op kaarten kun je afstanden meten.
Soms is het moeilijk om precies te meten. Je mag er 1 à 2 mm naast zitten.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld:

Op een kaart kunnen we de afstanden tussen twee plaatsen hemelsbreed uitrekenen.
Hemelsbreed is de afstand in een rechte lijn.

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld:
  1. Teken hemelsbreed de lijn
  2. Meet de lijn
  3. Bereken de afstand in het echt in cm.
  4. Reken het om naar ....(meestal km.)

Slide 15 - Tekstslide

                     Aanpak:
  1. Teken hemelsbreed de lijn
  2. meet de lijn
  3. bereken de afstand in het echt in cm.
  4. reken het om naar ....(meestal km.)
4,2 cm

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Schaallijn

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?
1. wat schaal is
2. hoe je kunt rekenen met schaal
3. wat hemelbreed is
4. hoe je de hemelsbrede afstanden kunt uitrekenen
5. wat een schaallijn is
6. hoe je kunt rekenen met een schaallijn

Slide 20 - Tekstslide

Opgaves


Maken opgave 34 t/m 43

blz. 73 t/m 76.

Eerste 8 minuten in STILTE werken.


Ben je klaar?

- Kijk je werk zorgvuldig na en verbeter waar nodig.

- Als je klaar bent, kan je alvast bladzijde 67 lezen en proberen te maken. 







timer
20:00

Slide 21 - Tekstslide

Lesdoel
check

Slide 22 - Tekstslide

Aan het einde van deze les...
............. kun je berekeningen met kaarten op schaal.

Slide 23 - Tekstslide

Een kaart heeft een schaal van:
1 : 50.000
dit betekent dat 1 cm op de kaart =
A
50 km
B
0,5 km
C
5 km
D
5000 m

Slide 24 - Quizvraag


De afstand van Almelo naar Borne is hemelsbreed 2,4 cm op de kaart. 
De schaal is 1 : 460 000
Hoeveel km is de afstand?
A
1 104 000
B
11,04
C
191 666,67
D
19,17

Slide 25 - Quizvraag

Wat vond je van de afgelopen les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

Welk cijfer zou je jezelf geven voor aandacht tijdens deze les?
010

Slide 27 - Poll