Fictie opdracht bij Roos uit het beton

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Fictie - De roos uit het beton

Voor alle rozen die uit het beton groeien.

Blijf groeien.

Les 1: klassengesprek
Wat weet jij over tienerouders? Deel alle ervaringen die er in je opkomen.

Planning

Iedere week besteden we 1 les aan De roos uit het beton.

Les 1: Klassengesprek en informatie boek klassikaal lezen H1 en H2.

hw: lezen H3 t/m H7.

Les 2: Bespreken gelezen hoofdstukken en klassikaal lezen H8 en H9.

hw: lezen H10 t/m H19

Les 3: Bespreken gelezen hoofdstukken en klassikaal lezen H20 t/m H22

hw: Boek uitlezen

Les 4: Nabespreking boek en uitleg opdrachten.

 

Les 1: Lezen

Klassikaal lezen: 

- De docent leest hoofdstuk 1 voor.

- Leerlingen lezen om de beurt hoofdstuk 2

Huiswerk: Hoofdstuk 3 t/m 7 zelfstandig lezen

Les 2: Klassengesprek
Wat is je het meest bijgebleven van H3 t/m H7?

Les 2: Lezen

Klassikaal lezen:

- Leerlingen lezen om de beurt hoofdstuk 8.

- De docent leest hoofdstuk 9 voor.

Huiswerk: Hoofdstuk 10 t/m 19 zelfstandig lezen

Les 3: Klassengesprek
Wat is je het meest bijgebleven van H10 t/m H19?

Les 3: Lezen

Klassikaal lezen:

- Leerlingen lezen om de beurt hoofdstuk 20.

- De docent leest hoofdstuk 21 en 22 voor.

Huiswerk: Boek uitlezen

Les 4: Klassengesprek
Nu je het hele boek hebt gelezen, op welk vlak denk je nu anders over de beschreven thema's?

Les 4: verwerkingsopdrachten

• Kruip in de huid van Iesha en schrijf een mail naar Maverick van 500 woorden, waarin je uitlegt wat het moederschap met je doet als tiener, waarom je Seven niet zelf kunt opvoeden en waarom je de zorg bij Mav neerlegt. (inleven/creatief schrijven)
  
• Kies een fragment dat je aangreep. Herschrijf het in 300 woorden op zo'n manier dat het hele verhaal naar een totaal ander einde zou leiden. In 200 woorden leg je uit waarom het fragment je aangreep en waarom jij hebt gekozen voor jouw geschreven wending. (inleven/creatief schrijven)
  
• Neem een fragment uit het boek dat je heel erg aangreep. Herschrijf het in een strip van minimaal 10 beeldfragmenten. Daarnaast leg je In 200 woorden uit waarom het fragment je aangreep en waarom jij hebt gekozen voor jouw geschreven wending. (inleven/creatief verwerken in beeld)

De opdracht lever je volgende week digitaal in bij je docent.