Hoofdstuk 1 deel 2

Hoofdstuk 1
Wij gaan deze les verder met het thema:
werken in een woon-zorgcentru
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
VOAVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1
Wij gaan deze les verder met het thema:
werken in een woon-zorgcentru

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Waar moet je op letten als je met iemand praat?

Slide 3 - Open vraag

Je maakt thuis of op school ook wel eens een praatje.
Met wie maak je graat een praatje?

Slide 4 - Open vraag

Waarover maak je graag een praatje?

Slide 5 - Open vraag

Met welke bekende persoon zou jij graag een praatje willen maken?

Slide 6 - Open vraag

Welke twee vragen zou je diegene stellen?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

boos
verdrietig
vrolijk
verbaasd
bang

Slide 10 - Sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over het weer
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over kinderen
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over de bewoners
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over nieuwe kleren
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over andere collega's
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over televisieprogramma's
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quizvraag

Je luncht met je collega's, zou jij over dit onderwerp mee kunnen praten?
over jezelf
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quizvraag

Vind je het moeilijk of makkelijk om te praten in een groep?
A
moeilijk
B
makkelijk

Slide 19 - Quizvraag

Waarom vind je dat?

Slide 20 - Open vraag

over welke twee onderwerpen kun jij een gesprek voeren?

Slide 21 - Open vraag

spullen klaarzetten voor de afwas.
Na de lunch gaat iedereen weer aan het werk. 
Samen met een collega ga je de afwas doen. 
Omdat het geen grote afwas is, wassen jullie met de hand af. 
Voor het afwassen met de hand heb je verschillende spullen nodig. 
Op de volgende slide staat welke spullen je klaar moet zetten voor je met afwassen begint. 

Slide 22 - Tekstslide

Wat heb je nodig?
een afwasteil die staat in een gootsteen. 
een afwasborstel 
een afdruiprek (dat staat op de lege kant van het aanrecht) 
de vuile vaat ( die staat aan de andere kant van het aanrecht)
een schone, droge theedoek
een vaatdoekje (dat ligt onder het afdruiprek)
afwasmiddel (dat staat op het aanrecht) 
een afvalbak (die staat op de grond aan de kant van de vuile vaat)
zeep om je handen te wassen. 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Waarom staan de glazen dicht bij de gootsteen?

Slide 25 - Open vraag

Waarom staan de pannen en de schalen ver weg?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Zet de juiste foto bij het woord. 
schone kant
vuile kant
afwas-
borstel
afdrogen

Slide 28 - Sleepvraag

Slide 29 - Tekstslide

Was jij thuis wel eens af?
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide

Wat heb je nodig om een bed te verschonen?

Slide 32 - Open vraag

Wat doe je met het vuile beddengoed?

Slide 33 - Open vraag

Waarom is het belangrijk om je handen te wassen als je klaar bent?

Slide 34 - Open vraag

Kies een opdracht en stuur een foto naar je juf/ meester.
  1. Bed verschonen 
  2. Kamer opruimen 
  3. Afwas doen.  

Slide 35 - Tekstslide