Personeel

Personeel
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
PersoneelsbeleidMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Personeel

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een missie en een visie?

Slide 2 - Open vraag

Wat is een socialisatieproces?

Slide 3 - Open vraag

Wat kan er gebeuren als een medewerker niet goed wordt gesocialiseerd?

Slide 4 - Open vraag

Waarom train je medewerkers?

Slide 5 - Open vraag

Noem een voorbeeld van een mogelijk gevolg als een medewerker niet goed getraind is voor een taak?

Slide 6 - Open vraag

Bijles week 2
casus

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf onderstaande woorden op:
Instructie – Feedback – Eindevaluatie – Positieve feedback – Corrigerende feedback – Ik-boodschap – Geheugenfouten – Halo-effect – Horn-effect – Leniency

Je krijgt een casus waarbij je de woorden in moet vullen. Elk woord mag je maar 1 keer gebruiken.

Slide 8 - Tekstslide

Situatie
Sana werkt als leerling-medewerker bij Vers & Smaak, een verswinkel die dagelijks verse maaltijden bereidt en verkoopt. Ze is bezig met haar leerwerktraject en krijgt begeleiding van haar praktijkbegeleider Peter. Peter let goed op Sana’s ontwikkeling en probeert haar regelmatig te helpen om beter te worden in haar werk.

Slide 9 - Tekstslide

Fragment 1 – Werkinstructies
Peter begint de dag met een duidelijke uitleg over hoe je hygiënisch moet werken en hoe je de ingrediënten snijdt. Dit is een voorbeeld van een goede [_____], zodat Sana weet wat er van haar wordt verwacht.

Slide 10 - Open vraag


Fragment 2 – Tijdens het werk
Peter ziet dat Sana netjes haar handen wast en complimenten geeft over haar snijtechniek. Dit is een vorm van [_____], die Sana motiveert.

Slide 11 - Open vraag

Fragment 3 – Fout maken
Op een druk moment vergeet Sana een ingrediënt in een maaltijd. Peter spreekt haar hierop aan, maar zegt het op een vriendelijke manier:
"Ik merk dat het soms lastig is om alles te onthouden als het druk is. Ik zie dat je je best doet, maar ik wil graag dat je het recept goed blijft volgen."
Peter gebruikt hier een [_____], om zijn punt duidelijk te maken zonder haar aan te vallen.

Slide 12 - Open vraag

Fragment 4 – Corrigeren
Vervolgens zegt Peter: “Let volgende keer goed op de volgorde van de ingrediënten. Het is belangrijk voor de smaak.” Dit is een voorbeeld van [_____], waarmee hij aangeeft wat er beter moet.

Slide 13 - Open vraag

Fragment 5 – Terugkijken op de dag
Aan het einde van de dag bespreekt Peter met Sana wat goed ging en wat nog beter kan. Dit noemen we een [_____].

Slide 14 - Open vraag

Fragment 6 – Beoordelingsfouten
Tijdens de evaluatie vergeet Peter dat Sana die ochtend iets fout deed, omdat hij vooral aan haar goede afsluiting denkt. Dit is een voorbeeld van [_____].

Peter vindt Sana erg aardig en beoordeelt haar daarom automatisch beter, ook als ze fouten maakt. Dit heet het [_____].

Slide 15 - Open vraag

Als Peter haar alleen maar streng beoordeelt vanwege één fout, spreken we van het [_____].

Peter vindt het lastig om negatieve dingen te zeggen en geeft daarom altijd hoge cijfers aan studenten. Dit noemen we [_____].

Als Peter iets vergeet dat eerder gebeurde bij het geven van zijn beoordeling, zijn dat [_____].

Slide 16 - Open vraag