VMBO 4 Basis H5: Paragraaf 1

Wat voeren we in en uit?
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat voeren we in en uit?

Slide 1 - Tekstslide

Waarom zou Nederland importeren en exporteren?

Slide 2 - Woordweb

Wat weet je na de les?
  • waarom Nederland importeert en exporteert
  • hoe je de waarde van de import berekent

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Als je een pakketje koopt via Aliexpress doe je aan...
A
Importeren
B
Exporteren

Slide 5 - Quizvraag

Als je via Vinted een shirt verkoopt aan iemand in Parijs doe je aan....
A
Importeren
B
Exporteren

Slide 6 - Quizvraag

Handelsland
Nederland is een echt handelsland. Nederland is afhankelijk van internationale handel.

We exporteren (uitvoer): we verkopen goederen en diensten aan buitenlandse bedrijven en personen.

We importeren (invoer): we kopen goederen en diensten uit het buitenland.


De import van goederen en diensten kost ons geld. Die import kunnen we betalen met de opbrengst van onze export, want de export levert ons geld op.




Slide 7 - Tekstslide

Exporteren

Slide 8 - Tekstslide

Hoe kan de export van kaas voor meer werkgelegenheid in Nederland zorgen?

Slide 9 - Open vraag

Doorvoer
Goederen die we eerst invoeren en daarna doorverkopen aan het buitenland.

De ingevoerde producten zijn dan maar kort in het bezit van een Nederlands bedrijf en worden
daarna doorverkocht aan het buitenland.




Slide 10 - Tekstslide

Doorvoer

Slide 11 - Tekstslide

Via de Rotterdamse haven komt jaarlijks voor 580 miljoen aan graan binnen. Dit wordt gelijk geëxporteerd naar Polen voor 620 miljoen.
Hoeveel verdient Nederland aan doorvoer van graan?

Slide 12 - Open vraag

Redenen om te importeren
We importeren bepaalde producten:
  • Als die in het buitenland goedkoper of van betere kwaliteit gemaakt kunnen worden
  • als bepaalde grondstoffen niet of weinig voorkomen in Nederland
  • als we bepaalde landbouwgewassen niet kunnen verbouwen omdat ons klimaat er niet geschikt voor is
  • omdat Nederlandse consumenten de keuze willen hebben tussen verschillende producten en merken





Slide 13 - Tekstslide

Exportwaarde en Importwaarde
Exportwaarde = de waarde van de uitgevoerde goederen en diensten
uitgevoerde hoeveelheid × prijs per eenheid

Importwaarde = de waarde van de ingevoerde goederen en diensten
ingevoerde hoeveelheid × prijs per eenheid




Slide 14 - Tekstslide

In een jaar voert Nederland 438 miljoen vaten olie in. De gemiddelde prijs van één vat ingevoerde olie is € 39,50.
Wat is de importwaarde?
Exportwaarde = uitgevoerde hoeveelheid × prijs per eenheid
Importwaarde = ingevoerde hoeveelheid × prijs per eenheid

Slide 15 - Open vraag

Betalingsbalans
De betalingsbalans is een overzicht van alle betalingen aan het buitenland en alle ontvangsten uit het buitenland.
Daarop staat:

  • De totale uitvoerwaarde van de geëxporteerde goederen en diensten. Dit zijn onze ontvangsten uit het buitenland. 
  • De totale invoerwaarde van de geïmporteerde goederen en diensten. Dit zijn onze betalingen aan het buitenland. 





Slide 16 - Tekstslide

Betalingsbalans
Positief saldo
Als onze totale uitvoerwaarde groter is dan de invoerwaarde, heeft Nederland een overschot op de betalingsbalans.
Negatief saldo
Als een land meer importeert dan exporteert, dan is er een tekort op de betalingsbalans.






Slide 17 - Tekstslide

Nederland importeert voor 230 miljoen aan alcohol. Heineken bier levert haar 384 miljoen op.
De betalingsbalans is...
A
Positief
B
Negatief

Slide 18 - Quizvraag

Nederland exporteert meer voedsel dan dat zij importeert.
Op de betalingsbalans is dit...
A
Positief
B
Negatief

Slide 19 - Quizvraag

Nederland exporteert meer voedsel dan dat zij importeert.
Op de betalingsbalans is dit...
A
Positief
B
Negatief

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Video

Wat wordt er bedoelt met 'Dropshipping'?

Slide 22 - Open vraag

Welke nadelen zijn er aan Dropshipping?

Slide 23 - Open vraag

Maken: H5 Par. 1

Slide 24 - Tekstslide