2.4 Engelse werkwoorden

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

WELKOM

3 Kader

Welkom bij Nederlands!

Programma

• Lezen
• Terugblik vorige les
• Instructie par. 2.4
• Aan de slag! 

Terugblik vorige les

• PVVT van zwakke werkwoorden: hoe maak je die ook alweer?

• Tegenwoordig en voltooid deelwoord : Hoe weet je hoe je ze moet spellen?
• Bijvoeglijk gebruikte deelwoorden: Hoe spel je die?

Instructie par. 2.4

Engelse werkwoorden

• In deze les leer je hoe je vormen van Engelse werkwoorden correct spelt.

Engelse werkwoorden

Gamen, zappen, grillen, paintballen, racen, googelen.....

• Je vervoegt ze net zo als NL zwakke werkwoorden:

zappen:               ik zap                 hij zapt                 wij zappen

downloaden:    ik download    hij downloadt   wij downloaden

hockeyen:          ik hockey          hij hockeyt        wij hockeyen

Uitzonderingen:

Als je uitspraakproblemen krijgt, laat je de uitgangs-e staan

bv: timen, racen, saven

timen: ik time      hij timet      wij timen

racen: ik race       hij racet      wij racen

saven: ik save      hij savet      wij saven

Uitzondering:

Engelse werkwoorden die je op z'n Nederlands uitspreekt, krijgen geen dubbele medeklinker:

grillen - grilde - gegrild

paintballen - paintballde - gepaintballd

Aan de slag!

• Leren: de theorie van Taalverzorging par. 2.4

• Maken: de opdrachten van Taalverzorging par. 2.4 en maak minstens 2 trainers.