2HV Spelling H3 en H4 en samengestelde zinnen

15 minuten lezen
Opdracht voor de leerlingen thuis:
Pak je boek blz 118, lees de uitleg en maak de opdracht via de link in de teams-chat.

Klaar? Maak Opdracht 3 Grammatica zinsdelen H4
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

15 minuten lezen
Opdracht voor de leerlingen thuis:
Pak je boek blz 118, lees de uitleg en maak de opdracht via de link in de teams-chat.

Klaar? Maak Opdracht 3 Grammatica zinsdelen H4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Opstarten
Log in met een herkenbare naam

Slide 3 - Tekstslide

Een zin kan meerdere persoonsvormen hebben.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Samengestelde zinnen
Samengestelde zinnen zijn zinnen met meerdere persoonsvormen. 

Ik ga naar de supermarkt.
Ik koop een doos eieren. 

Ik ga naar de supermarkt en ik koop een doos eieren. 

Slide 5 - Tekstslide

Programma
Herhalen Spelling H3 en H4 streepje en tussenletters (quiz)
Starten Grammatica zinsdelen H4 hoofd- en bijzinnen (quiz)
Laatste quizvraag
opdrachten maken
opdrachten bespreken

Slide 6 - Tekstslide

Herhalen Spelling H3 en H4 streepje en tussenletters (quiz)

Slide 7 - Tekstslide

win + win + situatie
A
winwinsituatie
B
win-winsituatie
C
win-win-situatie
D
winwin-situatie

Slide 8 - Quizvraag

eerste + jaars + student
A
eerstejaarsstudent
B
eerste-jaars-student
C
eerste-jaarsstudent
D
eerstejaars-student

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord is juist gespeld?
(roest+vrij+stalen+pannen)
A
roest vrijstalenpannen
B
roestvrij stalenpannen
C
roestvrijstalen pannen
D
roest vrijstalenpannen

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is juist gespeld?
A
korte termijnplanning
B
korte termijn planning
C
kortetermijnplanning
D
kortetermijn planning

Slide 11 - Quizvraag

Kies de juiste spelling.
A
Noord-oostlimburg
B
zwart-wit-foto
C
mede-oprichter
D
chef-kok

Slide 12 - Quizvraag

Kies de juiste spelling.
A
vwo- en havo-leerlingen
B
vwo- en havoleerlingen
C
vwo leerlingen en havo leerlingen
D
vwo en havo-leerlingen

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste spelling.
A
oude- en nieuwe wegen
B
Keel, neus en oorarts
C
autoin- en verkopers
D
carnavalsfeesten en - optochten

Slide 14 - Quizvraag

Let op:
maandag 7 juni
SO Spelling H3 en H4 en Grammatica zinsdelen H4

Slide 15 - Tekstslide

Grammatica zinsdelen
Je leert over hoofd- en bijzinnen

Doel: 
hoofd- en bijzinnen herkennen
Zelf op een correcte manier hoofd- en bijzinnen maken. 

Je wordt hierdoor beter in (begrijpend) lezen en beter in schrijven. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

enkelvoudige of samengestelde zin?

Ik woon alleen, mijn vriendin is vertrokken.
A
Enkelvoudig
B
Samengesteld

Slide 18 - Quizvraag

enkelvoudige of samengestelde zin?

Wij hebben in ons winkelcentrum een warme bakker.
A
Enkelvoudig
B
Samengesteld

Slide 19 - Quizvraag

enkelvoudige of samengestelde zin?

Hij ontdekte te laat dat hij zijn tas vergeten was.
A
Enkelvoudig
B
Samengesteld

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Wat is de hoofdzin?

Omdat niemand het gehoord heeft, begint de docent opnieuw.
A
Omdat niemand het gehoord heeft
B
begint de docent opnieuw

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Wat is de bijzin?

Tijdens het feest had Hans een hoed op en Patrick had een sjaaltje om.
A
Tijdens het feest had Hans een hoed op
B
Patrick had een sjaaltje om.
C
Geen bijzin in deze zin

Slide 26 - Quizvraag

Uit hoeveel zinnen bestaat deze zin?

We vragen of zij de discussie wil starten en of hij wil notuleren.
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 27 - Quizvraag

We vragen of zij de discussie wil starten en of hij wil notuleren. 
We vragen dat en dat. 

We vragen of zij de discussie niet wil starten en of hij niet wil notuleren. 

{hz+(bz)+(bz)}

Slide 28 - Tekstslide

Nevenschikking en onderschikking


Nevenschikking van hoofdzinnen
Nevenschikking van bijzinnen
Onderschikking

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Wat is de structuur van deze zin?

Op maandag staat hij vroeg op, zodat hij uitgebreid kan ontbijten en niet hoeft te haasten.
A
{hz+(bz)}
B
{hz}+{hz+(bz)}
C
{hz+(bz)+(bz)}
D
{hz}+{hz}+{hz}

Slide 34 - Quizvraag

samengestelde zinnen
easy
Beetje oefenen, dan komt het wel goed.
Hier wil ik meer uitleg over...

Slide 35 - Poll

Laatste quizvraag

Slide 36 - Tekstslide

Hoeveel bijzinnen staan er in deze zin?

Samantha ging eerst naar de supermarkt en de kapper, daarna naar haar oma en als laatst naar haar vriendin.
A
0
B
1
C
3
D
4

Slide 37 - Quizvraag

Aan de slag
Maak Grammatica zinsdelen H4 opdracht 3 en 4.
Maak eerst opdracht 1 en 2 als je dat nog niet hebt gedaan. 

Thuis: maak de opdracht via NN-online, je mag uit de les.

Op school: maak de opdracht in je schrift. 
Tijd: 15 minuten, daarna gaan we het bespreken. 

Slide 38 - Tekstslide