Woorden T.C. A 1.9 1.10 1.12

Woorden T.C. 1.9, 1.10 & 1.12
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalISK

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Woorden T.C. 1.9, 1.10 & 1.12

Slide 1 - Tekstslide

Welke is goed geschreven?
A
de neef
B
het neef
C
de nef
D
het nef

Slide 2 - Quizvraag

Welke is goed?
A
de sgoonzus
B
het schoonzus
C
het sgoonzus
D
de schoonzus

Slide 3 - Quizvraag

Welke is goed?
A
de woord
B
de woort
C
het woord
D
de woord

Slide 4 - Quizvraag

De man van mijn zus is mijn zwager.
A
Klopt
B
Klopt niet

Slide 5 - Quizvraag

Ik ben, jij bent, hij ....

Slide 6 - Open vraag

Maak een zin met "begint".

Slide 7 - Open vraag

Maak een zin met "letter".

Slide 8 - Open vraag

Hij is, zij is, wij ...

Slide 9 - Open vraag

Het kleinkint is zes jaar.
A
Goed geschreven
B
fout geschreven

Slide 10 - Quizvraag

ik schrijf een zin
A
goed geschreven
B
fout geschreven

Slide 11 - Quizvraag