4.4. + 4.5 Eén volk, één land, één leider, 1933 - 1939



Duitsland onder Hitler


4.4. Eén volk, één land, één leider, 1933 - 1939
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les



Duitsland onder Hitler


4.4. Eén volk, één land, één leider, 1933 - 1939

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma
  • Huiswerk bespreken
  • Leren voor SO / vragen stellen
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
  • Opdracht 1
  • Opdracht 2
  • Opdracht 3
  • Opdracht 4
  • Opdracht 5

Slide 3 - Tekstslide


De rest van deze les, 
wil ik...
de LessonUp lessen nog een keer bekijken.
de leerdoelen uitwerken.
opdrachten nakijken in TvG
de begrippen gaan leren.
een samenvatting maken.
vragen stellen over de toetsstof aan meneer De Vries.
met de stof bezig aan de hand van een spotprent.

Slide 4 - Poll

Ik ben tevreden met wat ik dit uur hebt gedaan.
😒🙁😐🙂😃

Slide 5 - Poll


De volgende keer kan ik... om (nog) beter te werken tijdens de les.
een rustigere werkplek kiezen
afleidende zaken op mijn laptop afsluiten
meer bezig zijn met de lesstof en minder met mijn klasgenoten
meer/eerder vragen stellen als ik iets niet begrijp
beter met iemand anders samenwerken
rustiger zijn op mijn werkplek

Slide 6 - Poll

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • kun je kenmerken van het totalitarisme in Duitsland uitleggen.

  • kun je het racistisch karakter van het nationaalsocialisme uitleggen.

  • kun je bewijzen hoe Hitler zijn beloften aan het volk waar maakt.

Slide 7 - Tekstslide


Hitler's populariteit stijgt
vanaf 1934




Hitler is rond 1934 mateloos populair. Het gaat goed in Duitsland. 
Zolang je niet tot een minderheid hoort, pluk je de vruchten van zijn beleid.
Door grootschalige werkverschaffingsprojecten daalt de werkloosheid snel, 
en krijgen Duitsers weer zelfvertrouwen én nationalistische gevoelens.
Maar tegelijkertijd spreekt Hitler van het Derde Rijk en richt hij een totalitaire staat
op door middel van nazificatie en gelijkschakeling.

Slide 8 - Tekstslide


Nacht van de Lange Messen
juni 1934




Hitler kan door de Machtigingswet zijn tegenstanders uitschakelen.
Dit zijn in het begin vooral mensen binnen Hitlers eigen partij, waaronder de SA (stromafdeling). Sommigen worden zonder proces vermoord door de SS (beschermafdeling), anderen komen in concentratiekampen.

Slide 9 - Tekstslide


Führer
1934




Als president Hindenburg in 1934 overlijdt, komt er geen nieuwe president:
Hitler is vanaf dat moment de Führer, Leider, van Duitsland

Aan hem is onvoorwaardelijke trouw verschuldigd (Führerbeginsel)

Slide 10 - Tekstslide

Indoctrinatie en eeuwige trouw
vanaf 1934




Hitlerjugend: jongens werden voorbereid op een leven als soldaat die zonder nadenken de bevelen van de Führer opvolgde.
Bund Deutscher Mädel: meisjes leerden er hoe zij een goede huisvrouw konden zijn en dat de ideale Duitse vrouw veel kinderen baarde.


Slide 11 - Tekstslide


Triumph des Willens
1935




Hitler maakt graag gebruik van moderne technieken, zoals film.
De belangrijkste Nazi-propagandafilm is Triumph de Willens
van Leni Riefenstahl, waarin Hitler zich laat neerzetten als de leider
die Duitsland weer groot zal maken. 
Alle kunstenaars moeten lid worden van de Rijkscultuurkamer,
zij mochten alleen kunst maken die werd goedgekeurd door de nazi's (censuur). 


Slide 12 - Tekstslide


Neurenberger Rassenwetten
1935




Deze wetten moeten de rechten voor Joden sterk beperken,
met als doel dat ze 'vrijwillig' uit Duitsland zouden vertrekken.

Zo mogen Joden geen Duitser meer zijn, of trouwen met een Duitse burger.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide


Duitse troepen in het Rijnland
1936




In het Verdrag van Versailles stond dat er geen Duitse soldaten 
in het Rijnland mochten zijn (gedemilitariseerd).
Hitler houdt zich hier niet aan, maar Engeland en Frankrijk zijn 
terughoudend in hun reactie: zij zitten niet te wachten op een nieuwe oorlog.

Slide 15 - Tekstslide


Der Anschluß
maart 1938




Hitler wil alle Duitsers in één Groot Duits Rijk (Heim ins Reich). Hij maakt handig misbruik van de politieke chaos in Oostenrijk en speelt in op de gevoelens van het Oostenrijkse volk. Hij annexeert Oostenrijk en verklaart het als een deel van het Duitse Rijk (Ostmark).

Slide 16 - Tekstslide





Het stembiljet waarmee de Oostenrijkers mogen aangeven of ze bij Duitsland willen horen...

Slide 17 - Tekstslide


Conferentie van München
september 1938




Frankrijk en Engeland zijn geschrokken van de Anschluß. Hitler belooft dat er geen oorlog komt als hij Sudetenland, Tsjecho-Slowakije, ook nog krijgt. Dit gebied hoorde bij Oostenrijk-Hongarije vóór de Eerste Wereldoorlog. Duitsland, Engeland, Frankrijk en Italië komen, zonder Tsjecho-Slowakije, tot een akkoord.
Hitler eiste steeds meer grondgebied en dreigde steeds vaker met oorlog als er niet naar Hitler zou worden geluisterd. Minister-president Chamberlain (Engeland) wilde dit voorkomen. Het steeds meer toegeven aan Hitler wordt appeasementpolitiek genoemd.

Slide 18 - Tekstslide

Net als Oostenrijk, valt Sudetenland onder de Heim ins Reich-politiek, waarbij alle gebieden met Duitsers weer bij Duitsland moeten horen. Sudetenland was na de Eerste Wereldoorlog deel van de nieuwe staat Tsjecho-Slowakije geworden.

Slide 19 - Tekstslide


Kristallnacht
9 november 1938




In Parijs vermoordt een jonge Jood, Herschel Grynszpan, een Nazi-diplomaat. 
Na een vlammende radiotoespraak van Joseph Goebbels, trekken Duitsers massaal de straat op om eigendommen van Joden te vernielen.
De politie en SS kregen de opdracht om niet in te grijpen.

Slide 20 - Tekstslide

Noem een aantal kenmerken van een totalitaire staat.

Slide 21 - Open vraag

Leg uit waarom het Nationaal-Socialisme van de NSDP racistisch was.

Slide 22 - Open vraag

Hoe maakte Hitler zijn beloftes aan het volk waar?

Slide 23 - Open vraag

Aan de slag!
  • Hoofdstuk 4.4 volgens je eigen leerroute. 

Slide 24 - Tekstslide