3.3 Hoeken in vlakke figuren

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

3.3: Hoeken in vlakke figuren

Tips om te gebruiken bij het berekenen van hoeken in een vlakke figuur:
  • Hoekensom driehoek = 180o
  • Drie gelijke zijden in driehoek = gelijkzijdige driehoek, alle hoeken 60o
  • 2 even lange zijden = gelijkbenige driehoek, de basishoeken zijn gelijk.
  • Rechte hoek = 90o
  • Gestrekte hoek = rechte lijn = 180o
  • Een deellijn verdeelt een hoek precies doormidden. 
  • Een loodlijn maakt een rechte hoek met de lijn waar deze op staat.

Slide 8 - Tekstslide

3.3: Hoeken in vlakke figuren

  • Overstaande hoeken zijn even groot.

  • Door schuifsymmetrie krijg je bij een figuur met 2 evenwijdige lijnen en daar snijdende lijnen doorheen F-hoeken en Z-hoeken.

Slide 9 - Tekstslide

Overstaande hoeken zijn even groot (hebben hetzelfde tekentje, hier een x en een o)

Slide 10 - Tekstslide

C1=180°43°103°=34°
b. aan de tekens in de hoeken
a
c.
C12=234°=68°
d.
B=180°43°68°=69°
26

Slide 11 - Tekstslide

a. gelijkbenige driehoek
b. US en UT zijn even lang
c. 
S=T
(gelijkbenige 3hoek),
dus 
U=180°72°72°=36°
27

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

hoeken met x zijn even groot
hoeken met o zijn even groot
hoeken met x zijn even groot
hoeken met o zijn even groot

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Eigenschappen van vlakke figuren

Zorg dat je de figuren met eigenschappen kent en kan herkennen

Slide 16 - Tekstslide

lijnsymmetrie 
(de rode lijnen zijn de symmetrieassen)
Zorg dat je de figuren met eigenschappen kan herkennen

Slide 17 - Tekstslide

   3.3 regels voor hoeken                             dit staat achter berekening:
  • De som van de 3 hoeken van een driehoek is 180°
  • De som van de 4 hoeken van een vierhoek is 360°
  • De basishoeken van een gelijkbenige driehoek    
       zijn gelijk aan elkaar 
  • alle hoeken van gelijkzijdige drIehoek zijn gelijk aan elkaar 
  • Overstaande hoeken zijn gelijk aan elkaar
  • Een volle hoek is 360°
  • Een gestrekte hoek is 180°
  • Een rechte hoek is 90°
  • f/z hoeken
  • schuifsymmetrie
-  (hoekensom driehoek)
-  (hoekensom vierhoek)
-  (lijnsymmetrie) 

- (draaisymmetrie)

- (overstaande hoeken)
- (volle hoek)
- (gestrekte hoek)
- (rechte hoek)
-(f-hoek) of (z-hoek)
- (schuifsymmetrie)
Denk eraan: gelijke tekens =>  gelijke hoeken , gelijke zijden of evenwijdig!

Slide 18 - Tekstslide