Clase 30. Unidad 4 Gramática

¡Bienvenidos chicos y chicas!





Martes, 16 de abril de 2024
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos chicos y chicas!





Martes, 16 de abril de 2024

Slide 1 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer hoy?
  1. SomToday
  2. Objetivos unidad 4.
  3. Seguimos con la unidad 4. Gramática
  4. ¡A trabajar!
  5. Final de la clase. ¿Qué has aprendido hoy?

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van unidad 4:
-    ik kan over mijn leven (in het verleden tijd) vertellen.
-    ik kan vragen stellen over iemands leven/biografie.
-    ik kan ww op ar/er/ir in de verleden tijd vervoegen (indefinido)

Slide 3 - Tekstslide

Unidad 4 Gramática
Verleden tijd: indefinido
1) regelmatige uitgangen
2) wederkerende werkwoorden
3) onregelmatige werkwoorden
4) gebruik + signaalwoorden

Slide 4 - Tekstslide

Verleden tijd: indefinido
hablar
comer
escribir
yo
hablé
comí
escribí
hablaste
comiste
escribiste
él/ella/usted
habló
com
escrib
nosotros
hablamos
comimos
escribimos
vosotros
hablasteis
comisteis
escribisteis
ellos/ellas/ustedes
hablaron
comieron
escribieron

Slide 5 - Tekstslide

Indefinido
Regelmatig

Slide 6 - Tekstslide

Vervoeging regelmatige werkwoorden

Slide 7 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van de regelmatige indefinido in:
¿Qué ....................... (comer, tú) ayer?

Slide 8 - Open vraag

Vul de juiste vorm van de regelmatige indefinido in:
El año pasado mis abuelos.............a París (viajar).

Slide 9 - Open vraag

Vul de juiste vorm van de regelmatige indefinido in:
Ayer................. una carta de Juan (recibir-nosotros).

Slide 10 - Open vraag

Vul de juiste vorm van de regelmatige indefinido in:
Vosotros.....................paella el domingo. (comer)

Slide 11 - Open vraag

Vul de juiste vorm van de regelmatige indefinido in:
La selección española de fútbol............el mundial de fútbol en 2010. (ganar)

Slide 12 - Open vraag

Vul de juiste vorm van de regelmatige indefinido in:
El año pasado...................a Cuba de vacaciones.(ella-viajar)

Slide 13 - Open vraag

Vergeet niet de Wedekerende werkwoorden:

 


Ducharse: 
me duché, te duchaste, se duchó…

Slide 14 - Tekstslide

estar
tener
hacer
yo
estuve
tuve
hice
estuviste
tuviste
hiciste
él/ella/usted
estuvo
tuvo
hizo
nosotros-as
estuvimos
tuvimos
hicimos
vosotros-as
estuvisteis
tuvisteis
hicisteis
ellos-as/ustedes
estuvieron
tuvieron
hicieron
Indefinido (onregelmatige werkwoorden C2 U4)

Slide 15 - Tekstslide

ser (zijn)
ir (gaan)
yo
fui
fui
fuiste
fuiste
él/ella/usted
fue
fue
nosotros-as
fuimos
fuimos
vosotros-as
fuisteis
fuisteis
ellos-as/ustedes
fueron
fueron
Indefinido (onregelmatige werkwoorden C2 U4)

Slide 16 - Tekstslide

Ir/ser: fui, fuiste, fue, fuimos, fuisteis, fueron.



¡OJO! De vervoegingen van de werkwoorden ‘ir’ en ‘ser’ zijn in de indefinido hetzelfde. ‘fui’ kan dan ‘ik ging’ , maar ook ‘ik was’ betekenen.


Slide 17 - Tekstslide

INDEFINIDO 
De indefinido wordt gebruikt voor gebeurtenissen die op een bepaald moment in het verleden plaatsvonden. Deze gebeurtenissen/acties zijn afgesloten en hebben voor de spreker geen verband met het heden. 

Ayer hablé con mi abuelo sobre las clases en línea. 
Gisteren praatte ik met mijn opa over de online lessen. 
Ik heb gisteren met mijn opa over de online lessen gesproken. 

Slide 18 - Tekstslide

Pretérito indefinido
Ayer jugamos al fútbol con nuestros amigos.
La semana pasada aprendí mucho en la clase de español.
En julio estuve a su casa.
Hace cinco meses fui de vacaciones a Ibiza.
El verano pasado...
En 2002....
Hace un año...

Slide 19 - Tekstslide

Indefinido (signaalwoorden)

- ayer, anteayer, anoche
- la semana pasada
- el año/mes/verano pasado
- el otro día, el lunes, el martes
- hace 1,2,3 día(s) /semana(s) / un año
- data: en 1946, el 14 de febrero
- en marzo... en navidades...
- aquel día, aquel invierno
- desde 1995 hasta 1998
- la última vez




Leer de vertaling van de signaalwoorden!
DEZE TIJD HEEFT EEN DUIDELIJK BEGIN EN EIND!

Slide 20 - Tekstslide

gisteren
in 2002
afgelopen/vorige week
de laatste keer
drie jaar geleden
Ayer 
la última vez
Hace tres años
la semana pasada
En 2002

Slide 21 - Sleepvraag

Sleep de zinnen naar het juiste vervoegen v/d pretérito indefinido 
comiste
nació
vivieron
comí
estudió
vivió
estudiaron
nacieron
Seppe..............................(comer) patatas con carne.
Mila.................................(estudiar) para el examen de física.
Dani.......................(vivir) en Barcelona el año pasado.
¿Fe, .........................(comer-tú) pizza en la cena?
Yarin y Owen.........................(nacer) en Holanda.
Fleur y Minke..........................(estudiar) español con sus amigas.
Lawrenzo y sus amigos....................... (vivir) en Buenos Aires.
Ines........................(nacer) el 10 de noviembre de 2001.

Slide 22 - Sleepvraag

Verplichte opdrachten:
TB (in de klas) unidad 4.  Gramática
Opdracht. 1, 2 en 4
WB (huiswerk) unidad 4. Gramática
Opdrachten 1 t/m 4 en 6

Si terminas/Als je klaar bent?
Verbuga Spaans oefenen met regelmatige en onregelmatige werkwoorden indefinido (ser/ir, tener, hacer, estar)
  






Optionele opdrachten:
(verdieping / verbreding)
TB Unidad 4  Gramática
Opdracht 3, 5, 6 en 8
WB Unidad 4 Gramática
Opdracht 5 en 7

Slide 23 - Tekstslide

Extra oefenen met Verbuga 
1. Klik HIER.
2. Kies hier de werkwoorden.
3. Vul hier indefinido in. 
4. Klik op start oefening.
5. Oefen minimaal 10 minuten met het vervoegen van de werkwoorden.

Slide 24 - Tekstslide


¿Cómo has trabajado hoy en clase?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll


Na deze les, 
wil ik...
de uitleg nog 1 keer horen
meer voorbeelden krijgen
meer oefeningen maken
de leerstof thuis nog even bekijken
overgaan naar nieuwe leerstof
nog meer te weten komen over de leerstof
niet meer te weten komen over de leerstof

Slide 26 - Poll

0

Slide 27 - Video