Blok 2. Les 8. Alles voor de toets.

Blok 2, les 8.
Alles voor de toets.
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Blok 2, les 8.
Alles voor de toets.

Slide 1 - Tekstslide

Lesinhoud
Wat gaan we doen?
- We oefenen voor de toets.

Slide 2 - Tekstslide

Lesopbouw
- Toetsonderdelen
- Huiswerk 
- Samenvatting (PowerPoint tonen)
- Oefening
- Vragen

Slide 3 - Tekstslide

Samenvatting
De docent toont de PowerPoint.

Slide 4 - Tekstslide

Toetsonderdelen
- Stijlkwesties
- Woordenschat - betekenissen
- Woordenschat - contextzinnen
- Werkwoordspelling
- Interpunctie

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk
www.studiemeter.nl - Starttaal Online - 2F - Taalverzorging

- Stijlkwesties: per onderdeel twee oefeningen
- Woordenschat - betekenissen: alles
- Woordenschat - contextzinnen: alles
- Werkwoordspelling: alles

Slide 6 - Tekstslide

Oefening
Tijd om samen te oefenen!

Aantal vragen: 35

Slide 7 - Tekstslide

Interpunctie
- 5 vragen

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf de zin goed op.
hij zei ik heb de toets gehaald

Slide 9 - Open vraag

Schrijf de zin goed op.
studenten die hun propedeuse hebben mogen versnellen

Slide 10 - Open vraag

Schrijf de zin goed op.
marco die vroeger kampioen was traint nu kinderen

Slide 11 - Open vraag

Schrijf de zin goed op.
morgen zei zij ga ik naar oma

Slide 12 - Open vraag

Schrijf de zin goed op.
marjon ga jij vandaag naar de sportschool vroeg Didde

Slide 13 - Open vraag

Stijlkwesties
- 10 vragen

Slide 14 - Tekstslide

Ken je ook een kaartspel ( die / dat )
niet zo moeilijk is?
A
die
B
dat

Slide 15 - Quizvraag

Salomé is ontzettend verliefd op haar vriendje, ( dat / wat )
ik erg schattig vind.
A
dat
B
wat

Slide 16 - Quizvraag

Degene voor ( die / wie )
( deze / dit )
e-mail eigenlijk bestemd is, werkt hier al drie jaar niet meer.
A
die / deze
B
die / dit
C
wie / deze
D
wie / dit

Slide 17 - Quizvraag

Hm, ik vind venkelthee toch niet zo lekker ( als / dan )
die groene thee met citroensmaak.
A
als
B
dan

Slide 18 - Quizvraag

Ik vind dit kapsel je leuker staan ( als / dan )
wat je eerst had.
A
als
B
dan

Slide 19 - Quizvraag

Sophia durft ( hun / hen )
niet meer te vertrouwen.
A
hun
B
hen

Slide 20 - Quizvraag

De reisleider heeft ( zij / hun / hen )
alle nodige informatie gegeven.
A
zij
B
hun
C
hen

Slide 21 - Quizvraag

Ik heb die gebakjes speciaal voor ( zij / hun / hen )
bewaard.
A
zij
B
hun
C
hen

Slide 22 - Quizvraag

Hier vindt ( u / uw )
informatie over het aanpassen van uw woning.
A
u
B
uw

Slide 23 - Quizvraag

Morgen krijg ik de sleutels van ( mijn / mij ) nieuwe huis.
A
mijn
B
mij

Slide 24 - Quizvraag

Werkwoordspelling
- 10 vragen

Slide 25 - Tekstslide

Hoe schrijf je het?

Eefje ( worstelen ) met de moeilijke wiskundeopgave.

Slide 26 - Open vraag

Hoe schrijf je het?

( Houden ) hij niet meer van je?

Slide 27 - Open vraag

Hoe schrijf je het?

Tijdens de bankencrisis ( gelasten - vt ) de organisatoren de beleggersconferentie af.

Slide 28 - Open vraag

Hoe schrijf je het?

Luc ( missen ) gisteren zijn trein, omdat hij te lang met een meisje stond te kletsen.

Slide 29 - Open vraag

Hoe schrijf je het?

Amber heeft alleen aan haar beste vriendin ( vertellen ) wat er toen is gebeurd.

Slide 30 - Open vraag

Hoe schrijf je het?

Zij hebben hun soep ( opslurpen ).

Slide 31 - Open vraag

Hoe schrijf je het?

Verschillende belangengroepen ( lobbyen ) de afgelopen weken voor de invoering van de kilometerheffing

Slide 32 - Open vraag

Hoe schrijf je het?
(lachen) keek hij naar het meisje.

Slide 33 - Open vraag

Hoe schrijf je het?
(doen) rustig aan!

Slide 34 - Open vraag

Hoe schrijf je het?
De (verven) muur zag er mooi uit.

Slide 35 - Open vraag

Woordenschat
- 10 vragen

Slide 36 - Tekstslide

volgens de gewoonte
A
conventioneel
B
ecologisch

Slide 37 - Quizvraag

de opmerking
A
de prioriteit
B
de uitlating

Slide 38 - Quizvraag

de deskundige, de gezagsdrager
A
de autoriteit
B
de passage

Slide 39 - Quizvraag

oud en waardevol


A
het genre
B
antiek

Slide 40 - Quizvraag

Koos heeft al sinds zijn jeugd een grote (.......)
met techniek, dus het verbaast me niet dat hij automonteur is geworden.
A
affiniteit
B
intonatie
C
lectuur
D
fenomeen

Slide 41 - Quizvraag

Ayse neemt alles ernstig en kan zelfs kleine problemen niet (.......).
A
uitmonden
B
intrigeren
C
ambiëren
D
relativeren

Slide 42 - Quizvraag

De TROS (.......) leden, omdat ze anders minder uitzendtijd zou krijgen.

A
perfectioneerde
B
analyseerde
C
wierf
D
imponeerde

Slide 43 - Quizvraag

Aan uw klacht wordt geen (.......)
gegeven, we helpen eerst de andere klanten.
A
prioriteit
B
intonatie
C
context
D
oogmerk

Slide 44 - Quizvraag

De verzekeringsmaatschappij besloot alle geleden waterschade te (.......)
A
ontbinden
B
accentueren
C
compenseren
D
arceren

Slide 45 - Quizvraag

Het voetenwerk is een (.......)
van salsadansen dat heel veel aandacht krijgt.
A
akte
B
aspect
C
accijns
D
verbintenis

Slide 46 - Quizvraag

Slide 47 - Tekstslide