Educatief ontwerp lessenserie

3.4 Vernieuwde stad




H3 stedelijke gebieden
domein leefomgeving
H4
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 54 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 350 min

Onderdelen in deze les

3.4 Vernieuwde stad




H3 stedelijke gebieden
domein leefomgeving
H4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag(les 1):
- Inleiding hoofdstuk 3 deel 2
- Uitleg opdracht (zie its Learning)
- Uitleg paragraaf 3.4
- Maken opdrachten 3.4

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je kent de twee vormen van segregatie in steden.
  • Je kent de twee vormen van stedelijk vernieuwingsbeleid die vanaf 1980 hebben geleid tot verbetering van de steden.
  • Je begrijpt welke gevolgen stedelijke vernieuwing heeft op de woningvoorraad en bevolkingssamenstelling van een wijk.
  • Je kunt de belangen van verschillende bevolkingsgroepen tegen elkaar afwegen.

Slide 4 - Tekstslide

Steden hebben een goede mix van woonwijken nodig.
Meer dan voorheen blijven jongeren na een opleiding in de stad wonen.
Daardoor is er in steden een gevarieerde bevolkingssamenstelling.
Er zijn wijken nodig voor verschillende soorten mensen in verschillende sociaaleconomische klassen.

Slide 5 - Tekstslide

Wat valt op aan dit figuur?

Slide 6 - Tekstslide

Probleemwijken
Segregatie -> goede en slechte wijken.
Slechte wijken: probleemwijken, verpaupering, afname aantal voorzieningen, asociaal gedrag etc.   -> Waardoor?

Oplossing: 
1980: stadsvernieuwing
1990: herstructurering


Slide 7 - Tekstslide

Probleemwijk
Kenmerken van probleemwijken:
  • Goedkope huurwoningen
  • Eenzijdige bevolkingssamenstelling
  • Sociaaleconomisch kansarme bewoners
  • Slechte woonomgeving

Welke wijken?
  • Negentiende-eeuwse arbeiderswijken (niet geherstructureerd)
  • Naoorlogse flatwijken

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Kaart

Slide 10 - Kaart

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Stadsvernieuwing
  • Renovatie: opknappen
  • Sanering: sloop en nieuwbouw

Renovatie & Sanering= beide herstructurering.
Doel: Het verbeteren van de kwaliteit van de woningen + de leefbaarheid in de wijk.

Welk gevolg heeft dit voor de bevolkingssamenstelling?
  • eenzijdig: weinig koopkracht , met name
    ouderen, studenten en immigranten. 

Slide 13 - Tekstslide

Herstructurering
Verbeteren kwaliteit woningen, woningaanbod en openbare ruimte.
-> Slechtste woningen worden duurder en luxer. 

Gevolgen:
  • Bevolkingssamenstelling verandert: rijkere mensen met meer koopkracht
  • Hoger voorzieningenniveau

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Kaart

Gentrification
 aantrekken hoger opgeleide bevolking om meer verscheidenheid aan te brengen in de bevolkingssamenstelling

Slide 16 - Tekstslide

0

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht
Kies een willekeurige Nederlandse stad en maak een kaart op een A4  van de opbouw van de stad op basis van bouwjaren van de gebouwen. 
Springen er kleuren uit? --> Maak dan een aantekening hoe dit veranderd is(Sanering, Renovatie, Nieuwbouw).
Maak ook een legenda met wat voor soort wijk het is(zie blz. 74)!


Opdr. 1 t/m 6

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

3.5 & 3.6 Buurtprofiel & woonomgeving

Slide 21 - Tekstslide

Vandaag(les 2):
- Inhoudelijke uitleg paragraaf 3.5
- Uitleg leefbaarheid  
- Kiezen wijk + groepjes van 3.
- Maken opdrachten 3.5

Slide 22 - Tekstslide

3.5 Buurtprofiel & leefbaarheid

Wat is volgens jou leefbaarheid?

Noteer 3 dingen met op 1 hetgeen wat jij het meest belangrijk vindt in je eigen wijk.

Slide 23 - Tekstslide

Leerdoelen paragraaf 3.5
  1. Je kunt de vier woningkenmerken benoemen en beschrijven.
  2. Je kunt de vijf bewonerskenmerken benoemen en beschrijven.
  3. Je kunt benoemen en beschrijven wat leefbaarheid is.
  4. Je kunt de samenhang beschrijven tussen woningen, bewoners en omgeving en wat voor invloed dit kan hebben op de leefbaarheid.

Slide 24 - Tekstslide

Wijken
Buurten

Slide 25 - Tekstslide

Buurtprofiel
Een buurtprofiel kan je gebruiken om de leefbaarheid van een wijk te onderzoeken. Hierbij kijk je naar de belangrijkste kenmerken van een buurt zoals:
  • woningkenmerken
  • bewonerskenmerken
  • woonomgeving

Slide 26 - Tekstslide

Wat is leefbaarheid?
Hoe leefbaar een stad is hang met veel dingen samen. Ga naar:
https://www.leefbaarometer.nl/kaart/#kaart
Opdracht 1: Hoe scoort Hatert algemeen t.o.v. het landelijke gemiddelde op de leefbarometerklasse? Noteer dit in je schrift.

In de linkerkolom staat 'indicator'. Dit zijn allerlei indicatoren die van invloed zijn op de leefbaarheid zoals samenhang sociale klasse of woningvoorraad.
Opdracht 2: Maak een tabel(zie volgende dia) en zet alle indicatoren erin. Noteer in de kolom ernaast de uitkomsten voor Hatert(Positieve bijdrage, negatieve bijdrage etc.).

Slide 27 - Tekstslide

Wat is leefbaarheid?

Slide 28 - Tekstslide

Wat is leefbaarheid?
Opdracht 3: Gedurende deze lessen gaan we het hebben over deze kenmerken. Noteer tijdens de uitleg in de tabel hoe deze indicatoren zich positief of negatief kunnen ontwikkelen. Dit kan je dan weer als basis gebruiken voor je observaties en interview vragen in de wijk

Slide 29 - Tekstslide

In Almere.
Ook in Almere.

Slide 30 - Tekstslide

Woningkenmerken
1. Ouderdom (bouwjaar).
2. Eigendom (koop, huur of van een woningcorporatie).
3. Woningtype (vrijstaand, rijtjeshuis, portiekflat, galerijflat).
4. Staat van onderhoud (goed, slecht, gerenoveerd).


Slide 31 - Tekstslide

1. Ouderdom (bouwjaar).
2. Eigendom (koop, huur of van een woningcorporatie).
3. Woningtype (vrijstaand, rijtjeshuis, portiekflat, galerijflat).
4. Staat van onderhoud (goed, slecht, gerenoveerd).

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Vandaag(les 3):
- Inhoudelijke uitleg paragraaf 3.6
- Verzamelen gegevens wijk m.b.v. ARCGIS & Google Maps streetview + leefbaarometer

Slide 34 - Tekstslide

Bewoners
kenmerken
  • Grootte huishouden (alleenstaand, gezin)
  • Etniciteit(migratie achtergrond of niet)
  • Inkomen (hoogte van het inkomen)
  • Gezinsfase (jonge kinderen, ouderen zonder kinderen etc.)
  • Leeftijd bewoners

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Wooomgeving
Veiligheid in de openbare ruimte. Dit noem je sociale veiligheid. Je kan dit onderverdelen in:

Subjectieve veiligheid = Op basis van gevoel.
Objectieve veiligheid = feiten van criminaliteit, aantal inbraken bijvoorbeeld. 

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Objectieve of subjectieve veiligheid?

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Kaart

VINEX
Woningkenmerken?

Bewonerskenmerken?

Slide 41 - Tekstslide

Woningkenmerken: Wat zegt dit over een wijk?

1. Ouderdom.
2. Eigendom.
3. Woningtype (vrijstaand, rijtjeshuis, portiekflat, galerijflat).
4. Staat van onderhoud.


Slide 42 - Tekstslide

Bewoners
kenmerken, wat voor invloed kan dit hebben op de leefbaarheid?


  • Grootte huishouden (alleenstaand, gezin)
  • Etniciteit(migratie achtergrond of niet)
  • Inkomen (hoogte van het inkomen)
  • Gezinsfase (jonge kinderen, ouderen zonder kinderen etc.)
  • Leeftijd bewoners

Slide 43 - Tekstslide

Opdracht: Data verzamelen
Stap 1: Ga op zoek naar  7 relevante kaarten van je wijk met behulp van ARCgis:
(Woningwaarde, criminaliteitscijfers CBS, sociale cohesie,  inwoners naar leeftijd, samenstelling huishouden en zoek er zelf twee kaarten bij).
Stap 2: Ga aan de hand van Google Maps (streeview) en andere bronnen op in het internet gegevens verzamelen van je wijk. 
Stap 3: Hoe kan je deze kaarten koppelen aan leefbaarheid?(zie indicatoren in je tabel.)

Slide 44 - Tekstslide

Vandaag (les 4)
- Inhoudelijke uitleg & terugblik paragraaf 3.4 t/m 3.6
- Voorbereiden interviewvragen
- Afspraken maken

Slide 45 - Tekstslide

Meetbaar maken: Ideeëntabel
Hoe meet je leefbaarheid? 




Opdracht: Vul de tabel aan. Dit is je ideeëntabel hoe je in je wijk de leefbaarheid gaat onderzoeken.

Slide 46 - Tekstslide

Interview vragen maken
- Zie de opdracht op its Learning. Het afnemen van een interview is een eis.
- Dit interview neem je met ten minste twee bewoners van de wijk af (bel ergens aan of vraag in het lokale winkelcentrum).

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video

Maken van interviewvragen
Bereid nu in je drietal ten minste 3 interview vragen per hoofdonderwerp (zie opdracht) voor. Dit helpt je om in te spelen op het gesprek. 

Deze interview vragen leg je ter goedkeuring voor aan je docent. 

Slide 49 - Tekstslide

Afspraken voor het wijkbezoek
- Een persoon per groepje deelt zijn/haar livelocatie via whats app met de docent. 
- +/- twee uur de tijd in de wijk. (Zorg dus dat je alle foto's voor je foto expositie dan maakt, anders moet je op een later moment terug).

Slide 50 - Tekstslide

Verwerkingstijd (les 6)
- Terugblik wijkbezoek
- Werken aan de foto expositie
- Indien (bijna) af werken aan de toekomstvisie 2033. 


Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Verwerkingstijd (les 7)
- Terugblik vorige les
- Werken in tweetallen aan het afronden van de toekomstvisie 2033
- Indien af start werken aan het reflectieverslag (individueel) deadline aan het einde van de week.

Slide 53 - Tekstslide

Terugblik project
- Reflectieverslagen + eindresultaten bespreken.

Slide 54 - Tekstslide