Les beroepshouding

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WerkveldoriëntatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Waarom is de beroepshouding van een welzijnswerker belangrijker dan die van bijv. een timmerman?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Kun jij volmondig "ja" zeggen op de uitspraken van de vorige dia?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Toelichting
Betrokkenheid is echte belangstelling en aandacht voor cliënten hebben, maar ook professionele afstand weten te bewaren​

Let op dat je ook weer genoeg afstand tot je werk weet te houden en niet je werk mee naar huis neemt. Aan te veel betrokkenheid ga je vroeg of laat onderdoor. ​
Empathie: inlevingsvermogen tonen. Je probeert te denken en te voelen zoals de ander denkt. Een empathische houding heeft een positief effect.​
Assertiviteit: eigen grenzen bewaken. Welke ruimte mag de ander? Mag een ander aan jouw spullen komen? Wat doe je als een ander zijn afspraken niet nakomt? ​
Je grenzen bewaken heeft te maken met zelfrespect. Je hebt er recht op dat anderen jou respecteren. Als je niet (voldoende) opkomt voor jezelf kun je overspannen raken.



Slide 13 - Tekstslide

Toelichting 2
Representatief zijn: positieve en professionele uitstraling. Dit heeft te maken met dat je er verzorgt en netjes uitziet als je werkt. Een nette kledingkeuze die een ander niet in verlegenheid brengt. ​
Integer zijn: zorgvuldig omgaan met vertrouwelijke informatie. Je beroepsgeheim serieus nemen. Let op: soms meldplicht: bij vermoeden van kindermishandeling.​
Echtheid: Jezelf durven zijn! Er is overeenkomst tussen je innerlijke beleving en je uiterlijke gedrag. (Dus geen neplach) Niet schamen voor je emoties, maar deze wel beheersen. Echtheid is wat anders dan spontaniteit: dat is eruit flappen zonder nadenken. Het is niet de bedoeling een ander te kwetsen. ​
Als je echt jezelf durft te zijn, dan wekt dat vertrouwen. ​

Slide 14 - Tekstslide

Toelichting 3
Open staan wil zeggen dat je gericht bent op de ander en niet op jezelf, geen vooroordelen hebben. ​
Verantwoordelijkheid dragen: dat je verantwoordelijkheid draagt voor je eigen handelen betekent dat anderen je mogen aanspreken op je gedrag en dat je er uitleg over kunt geven waarom je bepaalde keuzes en beslissingen hebt gemaakt. ​
Handelend optreden: Je moet je actief inzetten, opvoeden of begeleiden is een actieve bezigheid. Je moet telkens weer initiatieven nemen, in actie komen. ​
Geduld uitoefenen: niets forceren, begrijpen dat ieder z’n eigen tempo aanhoudt. (Niet: ‘snap je het nou nog niet?’) ongeduld heeft te maken met dat het op jouw manier moet. Ongeduld werkt averechts. Soms moet je wel grenzen aangeven​

Slide 15 - Tekstslide

Welke 2 aspecten zijn voor jou het allerbelangrijkst en waarom?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide