Doel: Ik kan de juiste betekenis van een woord opzoeken in een woordenboek.
Slide 11 - Tekstslide
Instructie
Een woord kan meerdere betekenissen hebben. Je moet de betekenis kiezen die bij de context past.
Niet alle woorden staan in het woordenboek.
Slide 12 - Tekstslide
Je gebruikt een woordenboek vooral om de betekenis van woorden op te zoeken. Veel woorden hebben meer dan één betekenis.
Lees alle betekenissen goed door en kies de betekenis die het best in de tekst past.
Woordenboek gebruiken: de juiste betekenis opzoeken
Slide 13 - Tekstslide
Woordenboek: grondwoord
Bij werkwoorden is het grondwoord altijd het hele werkwoord
Bij zelfstandige naamwoorden is het grondwoord altijd het enkelvoud en geen verkleinwoord
Bij sommige woorden zoek je op de kortste vorm
Slide 14 - Tekstslide
Woordenboek: grondwoord
Bij zelfstandige naamwoorden is het grondwoord altijd het enkelvoud en geen verkleinwoord en geen meervoud.
opa's = opa
koekje = koek
tafels = tafel
kleedjes = kleed
Slide 15 - Tekstslide
Oefenen grondwoord
Woorden kunnen verschillende vormen hebben.
In het woordenboek moet je daarom zoeken naar het grondwoord
Waar zoek je het volgende woord?
- gevonden = - besloten =
- fietsten = - plantje =
- werkten = - bloemetjes =
- gelopen = - vuurkorven =
timer
5:00
Slide 16 - Tekstslide
Zelfstandig werken/ Extra uitleg
Maak H4 Woordenschat -
Opdracht 2, 3, 4 en 6.
Klaar? Aftekenen en nakijken
timer
15:00
Slide 17 - Tekstslide
Heb je vragen?
Slide 18 - Tekstslide
Lesafsluiting
Doel behaald?
Wat neem je mee?
Slide 19 - Tekstslide
Ik weet hoe ik verschillende woordstrategieën moet benoemen en kan deze toepassen bij het opzoeken van de betekenissen van moeilijke woorden.
😒🙁😐🙂😃
Slide 20 - Poll
Evaluatie
wat ging er goed en wat minder?
is het leerdoel helder?
weet je wat je moet doen?
heb je vragen en of opmerkingen?
Slide 21 - Tekstslide
Huiswerk
Maak opdracht 2, 3, 4 en 6 en leer de
woorden van
de woordenlijst van H4.
Slide 22 - Tekstslide
Heb je vragen?
Slide 23 - Tekstslide
Woordenschat
Brugklas havo
Toetsweek zomer
Slide 24 - Tekstslide
Doel vandaag
- Ik kan de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden (of opzoeken in een woordenboek). - Ik ken de betekenis van de woordenlijstwoorden en de uitdrukkingen uit deze paragraaf.