Week 6, Bouw ademhalingsstelsel, bovenste en onderste luchtwegen
1 / 28
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke route leggen de grote en kleine bloedsomloop af?
Slide 2 - Open vraag
Longslagader
Longader
Aorta
Onderste en bovenste holle ader
Zuurstofarm bloed
Zuurstofarm bloed
Zuurstofrijk bloed
Zuurstofrijk bloed
Slide 3 - Sleepvraag
Wat is het belangrijkste kenmerk van de bloedsomloop van het ongeboren kind?
A
De kleine bloedsomloop om zuurstof op te halen werkt nog niet
B
De bloedsomloop is hetzelfde als van een geboren baby
C
De grote bloedsomloop om zuurstof naar het lichaam te brengen werkt nog niet
D
De bloedsomloop is nog niet volledig aangelegd
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Hoeveel keer haal je gemiddeld adem per minuut?
A
5 keer
B
10 keer
C
15 keer
D
20 keer
Slide 7 - Quizvraag
Hoe wordt zuurstof ook wel weergegeven?
Slide 8 - Open vraag
Welke onderdelen van de luchtwegen kun je benoemen?
Slide 9 - Woordweb
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Welke functies heeft de neus?
A
Zuiveren, verwarmen en bevochtigen ingeademde lucht
B
Afvoeren overtollig traanvocht
C
Ruiken
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Waarom hebben we snel een bloedneus?
Slide 16 - Open vraag
Waarom heeft ademhalen via de neus de voorkeur?
