Straling 2 X11

Hoeveel ioniserende stralingen zijn er?
A
4
B
3
C
1
D
2
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Hoeveel ioniserende stralingen zijn er?
A
4
B
3
C
1
D
2

Slide 1 - Quizvraag

Hoe heten die 3 ioniserende stralingen?
A
alfastraling, betastraling en gammastraling
B
zonnestraling, waterstraling en radioactieve straling
C
lichtstraling, kernstraling en röntgenstraling
D
lichtstraling, alfastraling en radioactieve straling

Slide 2 - Quizvraag

Kan je gammastraling tegen houden?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Wat houdt Alfastraling tegen?
A
kan niet worden tegen gehouden
B
Beton
C
Papier
D
een boek

Slide 4 - Quizvraag

Wat houdt Betastraling grotendeels tegen?
A
lood
B
een boek
C
piepschuim
D
water

Slide 5 - Quizvraag

Wat houdt gammastraling tegen?
A
papier
B
piepschuim
C
zonlicht
D
lood

Slide 6 - Quizvraag

Wat wordt er bij een medisch onderzoek vaak gebruikgemaakt?
A
Ioniserende straling
B
Röntgenstraling
C
Gammastraling
D
Ultraviolette straling

Slide 7 - Quizvraag

Door welk soort straling kan je kanker bestrijden?
A
ultraviolette straling
B
röntgenstraling
C
Ioniserende straling

Slide 8 - Quizvraag

Wat voor soort straling wordt gebruikt van buitenaf?
A
Ioniserende straling
B
Gammastraling
C
röntgenstraling
D
warmtestraling

Slide 9 - Quizvraag

vul het ontbrekende woord in:
De .... geeft aan hoe ver de straling van een stof kan doordingen
A
B
tracer
C
dracht
D
radioactieve stof

Slide 10 - Quizvraag

Wat is juist?

A
B
gammastraling kun je nooit helemaal tegen houden
C
Betastraling kan niet ver in stoffen doordingen
D
Alfastraling kan je tegenhouden met lood

Slide 11 - Quizvraag

Hoe wordt een tracer in het lichaam van de patiënt gebracht?
A
B
door een injectie
C
Door medicijnen in te slikken
D
door straling

Slide 12 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in:
De ene soort straling heeft een veel groter ......... dan de andere
A
ioniserend vermogen
B
doordringend vermogen
C
inhoud
D
invloed

Slide 13 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in:
radioactieve stof wordt van...... bestraald
A
binnenuit
B
buitenaf

Slide 14 - Quizvraag

wat hoort er NIET bij?
A
Alfastraling
B
Röntgenstraling
C
betastraling
D
gammastraling

Slide 15 - Quizvraag