Kijken en luisteren 15-5

Kijken en luisteren
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Kijken en luisteren

Slide 1 - Tekstslide

Een video: kijken en luisteren (1)
In de volgende video vertelt een presentator over deep fake video's.

Je gaat eerst de video bekijken en daarbij goed opletten. Na de video krijg je 5 vragen.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

1 Wat zijn deep fakes?
A
Video's waarin mensen dingen doen die niet echt zijn
B
Video's die echt lijken, maar die met de computer zijn bewerkt of aangepast.
C
Video's die fake news laten zien.

Slide 4 - Quizvraag

2 Welke twee soorten deep fake zijn er?

A
'Face swap' en oude nieuwsberichten gebruiken.
B
Stem vervormen en 'face swap'.
C
Iemand iets laten zeggen en 'face swap'.

Slide 5 - Quizvraag

3 Hoe herken je deep fakes?
A
Het gezicht heeft een andere kleur en de mond lijkt erop geplakt.
B
Randen van het gezicht zijn onduidelijk en beweging van de mond klopt niet.

Slide 6 - Quizvraag

4 Wat noemt de presentator als voorbeeld van slechte dingen die je met een deep fake kunt doen.
A
Het gezicht van Willem-Alexander wordt in een video van een vechtpartij geplakt.
B
Een video van zomaar iemand die een ander land de oorlog verklaart.
C
Premier Rutte verklaart in een video een ander land de oorlog.

Slide 7 - Quizvraag

5 Waarvoor gebruikt men in films geen deep fake?
A
Om acteurs dingen te laten zeggen die niet kloppen.
B
Voor stunts die acteurs zelf niet kunnen doen.

Slide 8 - Quizvraag

Verschillende manieren

Verschillende manieren van kijken en luisteren
Meestal ben je je er niet van bewust hoe je naar iets kijkt en luistert.
Je zet de televisie aan en zoekt een leuk programma op.
Je hoeft achteraf aan niemand uit te leggen wat je hebt gezien.
Voor het onderdeel 'kijken en luisteren' is het wél belangrijk dat je je bewust bent van de manier waarop je kijkt en luistert.


Slide 9 - Tekstslide

Verschillende manieren
Je kunt op twee verschillende manieren naar een filmpje kijken en luisteren.

De eerste manier is intensief.
Deze methode pas je toe als je niet van tevoren weet waar je op moet letten.
Met intensief kijken en luisteren wil je zoveel mogelijk informatie uit het filmpje onthouden.
De tweede manier is zoekend.
Deze methode pas je toe als je wel weet waar je op moet letten.
Je kunt gericht zoekend kijken en luisteren naar de informatie die jij nodig hebt.

Slide 10 - Tekstslide

Slimme strategieën om de betekenis van een moeilijk woord te achterhalen.

Slide 11 - Tekstslide

Woordraadstrategieën
Doel van deze les:
Aan het eind van de les kan je de verschillende woordraadstrategieën benoemen en deze toepassen bij het opzoeken van de betekenissen van moeilijke woorden.

Slide 12 - Tekstslide

Woordraadstrategie

Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen:

  • synoniem;
  • omschrijving/definitie;
  • voorbeeld;
  • tegenstelling;
  • bekend woorddeel.
  • afbeelding;

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Woordraadstrategieën
Welke strategie pas jij toe in de volgende zinnen?

Slide 15 - Tekstslide

"Wat leuk dat ik jou hier aantref! Ik had nooit gedacht dat ik jou ooit in deze kroeg zou vinden!"

'aantref'
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
synoniem

Slide 16 - Quizvraag

Zij is vastberaden om zich aan te melden voor de opleiding tot schoonheidsspecialist, maar gisteren twijfelde ze nog.

'vastberaden'
A
voorbeeld
B
tegenstelling
C
synoniem

Slide 17 - Quizvraag

De nieuwe leerling introduceerde zichzelf. Zo liet ze een foto van haar gezin zien, ze vertelde waar ze woonde en wat haar hobby's waren.

'introduceerde'
A
voorbeeld
B
tegenstelling
C
bekend woorddeel

Slide 18 - Quizvraag

Cursus Spaans
U mag slechts meedoen, als u het formulier volledig invult. Indien u dat lastig vindt, kunt u hulp vragen aan een van de begeleiders.

Noteer een makkelijker woord voor het woord "slechts".

Slide 19 - Open vraag

Cursus Spaans
U mag slechts meedoen, als u het formulier volledig invult. Indien u dat lastig vindt, kunt u hulp vragen aan een van de begeleiders.

Noteer een makkelijker woord voor het woord "volledig".

Slide 20 - Open vraag

Cursus Spaans
U mag slechts meedoen, als u het formulier volledig invult. Indien u dat lastig vindt, kunt u hulp vragen aan een van de begeleiders.

Noteer een makkelijker woord voor het woord "indien".

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Cursus Spaans
U mag (1)slechts meedoen, als u het formulier (2)volledig invult. (3)Indien u dat lastig vindt, kunt u hulp vragen aan een van de begeleiders.

Noteer een makkelijker woord voor woord 1

Slide 23 - Open vraag

Cursus Spaans
U mag (1)slechts meedoen, als u het formulier (2)volledig invult. (3)Indien u dat lastig vindt, kunt u hulp vragen aan een van de begeleiders.

Noteer een makkelijker woord voor woord 3

Slide 24 - Open vraag