19-04

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welcome!

•  Put your phone in the phonebag
  
• Get your laptop on the table, but keep it closed
• Make sure to be quiet when we are going to start.
  

Today

At the end of the lesson you will know what to learn for the test.

At the end of the lesson you will know how to talk about the future in English.

Wat moet je weten voor de toets

•  Tag-questions. You know how to make tag-questions, don't you?
  
• A lot of, many en much
• A little/a few/little/few
• The future: to be going to & will en shall
• Woordjes
  
• Expressions
  

Wat weet je nog?

•  Think - pair - share
• Eerst zelf nadenken
• Daarna delen met je buurman/vrouw
• Daarna delen met de klas
• Wat weet je nog over A lot of/many/much/a few/a little?
• Hoe zat dat nog maar met telbaar en ontelbaar?
• Wat is het verschil tussen "a few/a little" en "few/little"?
  

Veel

Weinig

The future

•  To be + going to + hele werkwoord
• Will/Shall + hele werkwoord
  

I'm going to learn!

•  Regel: am/is/are + going to + hele werkwoord
• I am going to work tomorrow
• He is going to work tomorrow
• We are going to work tomorrow
• Negatief: I am not going to work tomorrow
• Vraagzin: Am I going to work tomorrow?
  

To be + going to + hele werkwoord

• Gebruik je als plannen al gemaakt zijn voor het moment van spreken.
• I am going to visit my grandma. She expects me at 3 o'clock.
  

• Gebruik je als er concrete aanwijzingen zijn dat iets gaat gebeuren
• Look at those dark clouds! It is going to rain.
  

Will I learn something?

•  Regel: Will/shall + hele werkwoord
• Will + hele werkwoord gebruik je als je op dat moment een beslissing neemt voor de toekomst:
• Is she still ill? I will call her tomorrow.
  
• Thanks for the invite, but I won't be able to come.
  

Will/shall + hele werkwoord

• Will + hele werkwoord gebruik je bij een wens, voorspelling, veronderstelling, belofte, aanbod, verzoek.

• I hope I will get ice cream.
• We promise we will do our homework tomorrow
• You'll win the game. 
• Will you cook dinner tonight?
• I won't be on time for your party.
  

Maar wanneer gebruik je shall?

• Shall gebruik je alleen bij "I" en "we".
• Je gebruikt shall om te vragen naar een mening, om iets voor te stellen of om iets aan te bieden. 

Shall we go shopping? Shall I help you? Shall we go out or stay in?

• Bij bevestigende en ontekkende zinnen gebruik je altijd will.
  
• Ontkennende vorm van will = won't of will not
  

Overzichtje

Even checken

•   I think Billy ...... be late if he doesn’t leave now.
• Sorry, but I’ve already made plans with Frederick. We  ........ have a sleepover.
  
• Welke regel pas je toe?
• Is het will/shall of to be going to?
• Wat is de goede vorm?

Let's get to work

What: 4.5 opdracht 1-7

How: 15 minuten in stilte, daarna zachtjes fluisteren

When: Voor de volgende les af

Klaar? Ga verder met de eerdere opdrachten of leer voor de toets.

4.1: 1-4
4.2: 1-12
4.3: 2-6 + 10
4.4: 1-11

Huiswerk

•  Leren voor de toets
• Opdrachten afmaken
• Vrijdag huiswerkcontrole van heel hoofdstuk 4!