Gs. Klas 2 Herhalingsles - bk
1 / 29
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Link
Hoe heet de orkaan?
A
Shrek
B
Fiona
C
Puerto Rico
D
Henk
Slide 5 - Quizvraag
Bij welk land hoort het eiland Puerto Rico
A
De VS
B
Engeland
C
Nederland
D
Spanje
Slide 6 - Quizvraag
Hoe wordt de maanvis ook wel genoemd?
A
De zwemmende vinnen
B
De kop
C
De zwemmende kop
D
De koppende zwem
Slide 7 - Quizvraag
Waarom wordt de maanvis opgezet?
A
Het is een bijzondere vis die bijna nooit gezien wordt in Nederland
B
Het is een saaie vis die bijna vaak wordt in Nederland
C
Het is veel geld waard
D
Kinderen kennen de vis niet
Slide 8 - Quizvraag
Hoe lang moesten mensen in de rij staan om de kist van de koningin te zien?
A
11 uur
B
12 uur
C
13 uur
D
12 minuten
Slide 9 - Quizvraag
Zou jij naar de eventuele uitvaart van onze koning gaan?
Ja
Nee
Weet ik nog niet
Slide 10 - Poll
Ik kan uitleggen waarom de Engelsen naar de uitvaart van de koningin willen gaan
Ja
Nee
Slide 11 - Poll
Ik kan uitleggen begrijpen de Engelsen naar de uitvaart van de koningin willen gaan
Ja
Nee
Slide 12 - Poll
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
In de Nederlandse economie:
Bedrijven maakte steeds _________ winst
Bedrijven maakte steeds _________ winst
A
meer
B
minder
Slide 15 - Quizvraag
In de Nederlandse economie:
Er was steeds ___________ handel en nijverheid
Er was steeds ___________ handel en nijverheid
A
meer
B
minder
Slide 16 - Quizvraag
In de Nederlandse economie:
Er was steeds ____________ werkloosheid
Er was steeds ____________ werkloosheid
A
meer
B
minder
Slide 17 - Quizvraag
In de Nederlandse economie:
Er was steeds ___________ armoede
Er was steeds ___________ armoede
A
meer
B
minder
Slide 18 - Quizvraag
Welk begrip hoort
bij deze bron?
bij deze bron?
Slide 19 - Open vraag
Welke stand had geen privileges?
A
Eerste
B
Tweede
C
Derde
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Waarom had de Franse koning geld nodig?
A
Om oorlog te voeren
B
Om belasting te innen
C
Om kleding te kopen
Slide 22 - Quizvraag
Wat riep hij bijeen?
A
De 3e stand
B
De Staten-Generaal
C
De Bastille
Slide 23 - Quizvraag
Wat brak er uit?
A
Een gevecht
B
Een revolutie
C
Een neerslag
Slide 24 - Quizvraag
Zet in de juiste volgorde
In Parijs komt het volk in opstand en verovert de Bastille
De opstand slaat over naar heel Frankrijk
De Koning roept de 3 standen bijeen
De Nationale vergadering wordt opgericht
