Week 16: Direct and indirect speech

Today
2. Presentations
3. Grammar direct and indirect speech
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Today
2. Presentations
3. Grammar direct and indirect speech

Slide 1 - Tekstslide

14.1 Direct and indirect speech
directe en indirecte rede

Slide 2 - Tekstslide

Het verschil
Direct speech:
(Susan:) ‘You can borrow my bike.’
Susan zegt dit zelf
Indirect speech:
Susan said that I could borrow her bike.
Susan zegt dit niet zelf


Slide 3 - Tekstslide

Direct speech
Als iemand iets zelf zegt noem je dat direct speech. (directe rede)
Ruby: 'Hi, what are you doing?'
Thomas: 'Shh, listen! there's a strange, creepy sound outside our tent.'
Mr Didsbury: 'Our company has been online since 1998.'

Slide 4 - Tekstslide

Indirect speech
Als je in je eigen woorden zegt wat een ander letterlijk heeft gezegd, noem je dat indirect speech. (de indirecte rede)

Bijvoorbeeld:
Tim heeft tegen jou gezegd dat jij zijn beste vriend bent. Jij vertelt dit later aan iemand anders. Dan gebruik je dus indirect speech: Tim said that I was his best friend.


Slide 5 - Tekstslide

Extra voorbeeld
Direct speech:
Tess vraagt aan jou: 
‘Have you ever been to New Zealand?’

Indirect speech:
Later vertel je dit aan iemand anders:
Tess asked if I had ever been to New Zealand.
 

Slide 6 - Tekstslide

Aandachtspunten
Bij het omzetten van direct naar indirect speech

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Aandachtspunt 2
Je moet bij indirect speech vaak het persoonlijk voornaamwoord, het bezittelijk voornaamwoord of de plaatsaanduiding aanpassen. 
Ali and Chokri: ‘We aren’t playing football.’
They said that they weren’t playing football.
Maja: ‘I have lost my ring!’
She said that she had lost her ring.




 

Slide 9 - Tekstslide

Zet de zin in de directe rede: Sam said he had known Laila since 2015.

Slide 10 - Open vraag

Zet de zin in de directe rede: Sofia asked if I was training for the marathon.

Slide 11 - Open vraag

Zet de zin in de directe rede: Mrs Lynn said that I could copy my documents here.

Slide 12 - Open vraag

Zet de zin in de indirecte rede: Ayden: 'I'm talking to my father.'

Slide 13 - Open vraag

Zet de zin in indirecte rede: Ali: 'Have they received my message?'

Slide 14 - Open vraag

Zet de zin in indirecte rede: Daniel: 'I saw Tim some time ago.'

Slide 15 - Open vraag

Practise direct/indirect speech
Nu Engels
14.1 ex. 2
14.1 Grammar 36
14.1 Extra grammar 36

Slide 16 - Tekstslide