T2B5 - voedselbederf

Voeding en vertering
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Voeding en vertering

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • 2.5.11 Je kunt manieren beschrijven om voedselbederf tegen te gaan.
  • 2.6.12 Je kunt bij zoogdieren het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal en de kenmerken van het gebit.


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzymen
  • Eiwitten.
  • Enzymen worden niet verbruikt en kunnen opnieuw gebruikt worden.
  • Enzymen werken specifiek: ze werken maar voor 1 soort stof
  • Enzymen kunnen stoffen samenvoegen tot een nieuwe stof of en stof splitsen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzymen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzymactiviteit
  • optimumkromme
  • zuurgraad (pH)
  • temperatuur (lichaamstemperatuur)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je voedsel langer houdbaar?
Conserveren = voedsel langer houdbaar maken
  1. Verhitten
  2. Koelen
  3. Stoffen toevoegen
  4. Vacuüm verpakken
  5. Drogen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedselbederf
Door de afbraak van voedsel kunnen giftige stoffen ontstaan.
Voedselvergiftiging --> buikpijn, overgeven, diarree.

Een grote hoeveel ziekmakende bacteriën of schimmels leidt tot 
voedselinfectie --> dezelfde klachten en vaak koorts. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil herbivoor/carnivoor

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 Soorten eters
Herbivoor                 Omnivoor                Carnivoor

Slide 9 - Tekstslide

langer darmkanaal nodig om planten te verteren
Aan het werk
Basisstof 2.5 - opdracht 2, 3
Basisstof 2.6 - opdracht 1, 2, 3. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies