SPQR thema 1 en 2 leerdoelencheck
1 / 23
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Voordat we beginnen... hoe voel je je nu?
😒🙁😐🙂😃
Slide 2 - Poll
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
dat. ev.
dat. mv.
abl. ev.
abl. mv.
gen. ev.
gen. mv.
feminam
feminis
femina
feminas
feminae
feminis
feminae
femina
feminae
feminarum
Slide 3 - Sleepvraag
Groep 1
(femina)
Groep 2
(servus/
donum)
Groep 3
(rex/
nomen)
silentium
custos
turba
pater
Romanus
puella
puer
caput
Slide 4 - Sleepvraag
welke naamval kan 'pugnae' NIET zijn?
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
ablativus
Slide 5 - Quizvraag
Hoe kun je 'nominibus' NIET vertalen?
A
voor de namen
B
van de namen
C
met de namen
D
door de namen
Slide 6 - Quizvraag
Welke naamval is 'eum/eam'
A
nominativus
B
ablativus
C
dativus
D
accusativus
Slide 7 - Quizvraag
Hoe kun je 'ei' NIET vertalen?
A
voor hem
B
voor haar
C
zij
D
hun/van hen
Slide 8 - Quizvraag
Welke naamval is 'me'
A
nominativus
B
ablativus
C
dativus
D
accusativus
Slide 9 - Quizvraag
Hoe kun je 'vobis' vertalen?
A
voor jullie
B
van jullie
C
door ons
D
voor ons
Slide 10 - Quizvraag
Sleep alle functies en vertalingen naar de naamval waar ze bij horen.
nominativus
genitivus
dativus
accusativus
ablativus
Bijvoeglijke bepaling
Onderwerp
meewerkend voorwerp
lijdend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
vertalen met 'van'
vertalen met 'aan/voor'
vertalen met 'met/door/in'
Slide 11 - Sleepvraag
Slide 12 - Tekstslide
Zo, dat was thema 1. Wat is je gevoel tot nu toe?
Ik ben een baas.
Komt wel goed, mevrouw.
Nog maar even wat herhalen...
S.O.S.
Slide 13 - Poll
Welke werkwoordstam bestaat NIET in het Latijn?
A
a-stam
B
e-stam
C
mk-stam
D
o-stam
Slide 14 - Quizvraag
Sleep de vormen naar de juiste stam
a-stam
e-stam
i-stam
mk-stam
clamare
amittere
audire
invitare
accendere
regere
tenere
scire
gaudere
Slide 15 - Sleepvraag
Zet 'terres' in het meervoud (houd persoon gelijk)
Slide 16 - Open vraag
Zet 'vocamus' in het enkelvoud(houd persoon gelijk)
Slide 17 - Open vraag
Wat is het meervoud van 'mittit'?
A
mittunt
B
mittent
C
mittant
D
mittint
Slide 18 - Quizvraag
Het imperfectum is een onvoltooid ...
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd
Slide 19 - Quizvraag
De uitgang van de infinitivus is
A
-t
B
-nt
C
-re
D
-a
Slide 20 - Quizvraag
Wat is de vertaling van audiunt?
A
zij hoort
B
zij horen
C
zij hoorde
D
zij hoorden
Slide 21 - Quizvraag
Praesens
Imperfectum
Perfectum
Plusquam-
perfectum
Vocabas
Vocas
Vocavisti
Vocaveras
Slide 22 - Sleepvraag
Maak een selfie die aangeeft hoe goed je de leerdoelen van Latijn beheerst.
