In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Introductie Levensbeschouwing
les 0.
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Je weet wat het woord levensbeschouwing betekent.
Je kunt een aantal voorbeelden noemen van een levensbeschouwing
je maakt aantekeningen
Slide 2 - Tekstslide
Aantekeningen :-)
Zorg dat je tijdens de lessen goed en overzichtelijke aantekeningen maakt.
zorg dat je het schema invult tijdens de lessen
Succes!
Slide 3 - Tekstslide
Beschouwen =
bekijken
Levensbeschouwing = de kijk op het leven
Slide 4 - Tekstslide
Wat is levensbeschouwing?
Levensbeschouwing gaat over wat je belangrijk vindt in het leven....
Dus eigenlijk heeft iedereen zijn eigen levensbeschouwing, want iedereen vindt wel iets belangrijk in het leven.
Slide 5 - Tekstslide
Het vak levensbeschouwing
Een heel ander vak dan de andere vakken...
Niet: één antwoord is goed (zoals bijv. bij wiskunde, 1 + 1 = 2)
Maar: een antwoord is nooit fout.
Betekent dat dan dat alle antwoorden goed zijn? Dus je haalt altijd een 10?
Nee, het gaat erom dat je er over nadenkt. Dat je goed kunt uitleggen waarom je een bepaald antwoord het beste lijkt.
Slide 6 - Tekstslide
Wat vind jij belangrijk in het leven?maak een top 3
Slide 7 - Open vraag
Wat vind jij belangrijk in het leven?
Schrijf de top 3 in je schrift in je aantekeningen.
Slide 8 - Tekstslide
Wat is een levensbeschouwing?
A
kijken naar de levensverwachting van iemand
B
de kijk op het leven
C
weet ik niet
D
alles wat leeft op aarde, zoals planten, bomen en mensen
Slide 9 - Quizvraag
Welke ervaringen hebben jullie met ‘geloven’ of het aanhangen van een geloof?
Slide 10 - Woordweb
Slide 11 - Tekstslide
Hoe is dat bij jou?
Als je jong bent, weet je vaak nog niet precies wat jouw levensbeschouwing is.
Dat is heel normaal.
In de loop van je leven maak je dingen mee waardoor je gaat nadenken over de diepere levensvragen.
Slide 12 - Tekstslide
Welke gebeurtenissen in je leven kunnen je kijk op je leven veranderen?
Slide 13 - Open vraag
Levensbeschouwing
Tijdens de komende lessen gaan we samen nadenken over diepere levensvragen en krijgen we een overzicht van de 5 wereldreligies. (stof voor de repetitie)
Slide 14 - Tekstslide
Levensbeschouwing, Godsdienst en Religie
Slide 15 - Tekstslide
Religieus of niet...
Religieuze levensbeschouwing betekent dat je gelooft in een goddelijke bovennatuurlijke werkelijkheid. (Christendom, Jodendom, Islam en Hindoeïsme.)
Niet-religieuze levensbeschouwing betekent dat je niet gelooft in het bestaan van God of goden die invloed hebben op je leven
Slide 16 - Tekstslide
Welke van deze uitspraken is een religieuze uitspraak?
A
Je mag geen ander mens vermoorden.
B
Ieder mens is uniek
C
Alle honger de wereld uit.
D
Bidden helpt in moeilijke tijden.
Slide 17 - Quizvraag
Welke religies en godsdiensten ken jij?
Slide 18 - Woordweb
De 8 levensbeschouwingen
Jodendom
Christendom
Islam
Hindoeïsme
Boeddhisme
Humanisme
Ietsisten
A-godsdienstigen / Atheïsme
Slide 19 - Tekstslide
Overzicht
Je krijgt in de volgende slides een kort overzicht van de 8 stromingen.
Neem de aantekeningen over.
Gebruik ook je schema om dingen in te vullen.
Slide 20 - Tekstslide
Jodendom
Oudste geloof met één god.
Abraham als stamvader
Sabbat (rustdag)
Synagoge (tempel voor vieringen)
Heilige boek is de TeNaCH bestaat uit 27 boeken (Thora = eerste 5 boeken)
Zeven-armige kandelaar of Davidster is het joodse symbool.
Slide 21 - Tekstslide
Christendom
Voortzetting van het jodendom : Jezus is de zoon van God en de verlosser
Het kruis (waar Jezus aan stierf) is het symbool van het christendom
Heilige boek: Bijbel (OT=27 boeken, NT=39 boeken)
plaats van samenkomst = kerk
Slide 22 - Tekstslide
Islam
7e eeuw gesticht door Mohammed (de laatste profeet) => een update van het christendom
Heilig boek: Koran (Arabisch).
Mekka heilige stad.
5 zuilen van de Islam:
Geloofsbelijdenis
Het dagelijks gebed
Het helpen van de armen
Het vasten in de ramadan
De bedevaart naar mekka
De Islam heeft de maansikkel met ster als symbool.
Slide 23 - Tekstslide
Hindoeisme
Ontstaan in India.
Brahma, Vishnu en Shiva (belangrijkste goden).
Tempel (offeren)
Mantra’s (mediteren)
Het Ohm teken is het symbool van het hindoeïsme.
Slide 24 - Tekstslide
Boedhisme
Ontstaan uit hindoeïsme.
Vernoemd naar Siddartha die een verlichter werd genoemd (een boeddha).
Onderzocht: Waarom al dat lijden?
Zorg voor anderen en voor jezelf.
Het wiel met acht spaken is het boeddhistische symbool.
Slide 25 - Tekstslide
Humanisme
Een manier van leven.
Mens staat centraal
Het symbool voor het humanisme lijkt op een mens.
Socrates (5e eeuw), renaissance 17e eeuw
Slide 26 - Tekstslide
Iets-isten
Weten niet precies wat ze moeten geloven.
Het symbool voor de Ietsisten is het vraagteken.
Slide 27 - Tekstslide
A-godsdienstigen / Atheïsme
Mensen die zich helemaal niet bezig houden met het geloof.
Het symbool voor A-godsdienstigen is een sluitvakje.