week 1 M3 crimi 9.3 en 4

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Criminaliteit
9.3 theorieen over criminaliteit
Herhaling

Slide 2 - Tekstslide

Thema Criminaliteit
H3: Oorzaken van criminaliteit

  • Welke kenmerken hebben criminelen vaak met elkaar gemeen?
  • Wat zijn de oorzaken van criminaliteit? 

Slide 3 - Tekstslide

Criminaliteitstheorieën
Aangeleerd gedrag theorie
Anomietheorie
Bindingstheorie

Slide 4 - Tekstslide

Criminaliteitstheorieën
Rationele keuzetheorie
Etikettentheorie
Neutraliseringstheorie

Slide 5 - Tekstslide

Aangeleerd-gedragtheorie
Wanneer mensen in je omgeving, bijvoorbeeld vrienden of je ouders crimineel gedrag vertonen, is de kans groter dat jij dat ook gaat doen.
Sutherland bewees dat ‘brave jongeren’ door foute vrienden eerder crimineel werden.

Slide 6 - Tekstslide

Anomie theorie
Levensdoelen niet kunnen halen door bijvoorbeeld discriminatie
optie 1: levensdoelen bijstellen
optie 2: toch behalen op illegale manier

Slide 7 - Tekstslide

Bindingstheorie
Mensen hebben bindingen met allerlei mensen. Bijvoorbeeld met familie, partner, vrienden en collega’s.
Omdat je je omgeving niet teleur wilt stellen, ben je minder snel geneigd crimineel gedrag te vertonen.
Mensen die minder bindingen hebben vertonen gemiddeld vaker crimineel gedrag.

Slide 8 - Tekstslide

Rationele keuzetheorie
Mens als rationeel denkend wezen

Ratio = logisch, vertand

Slide 9 - Tekstslide

Etiketteringstheorie
Iemand die eenmaal een misdaad heeft begaan krijgt soms het etiket crimineel opgeplakt.
Sommigen mensen die het etiket crimineel opgeplakt hebben gekregen door hun omgeving, gaan zich daar vervolgens ook naar gedragen.

Slide 10 - Tekstslide

Neutraliseringstheorie
Ik ben helemaal geen crimineel.....
Deze theorie houdt in dat criminelen ontkennen dat ze fout bezig zijn. 
Voorbeelden:  ik steel alleen maar van rijken of ik rijd te hard, maar wel veilig.

Slide 11 - Tekstslide

1 Een man die getrouwd is, een vaste baan heeft en een mooie woning pleegt geen criminaliteit.
A
Anomietheorie
B
Aangeleerdgedragtheorie
C
Rationele keuzetheorie
D
Bindingstheorie

Slide 12 - Quizvraag

2: Een jongen zonder opleiding en rijke ouders steelt het nieuwste model Nikes.
A
Anomietheorie
B
Aangeleerd gedragtheorie
C
Rationele-keuzetheorie
D
Bindingstheorie

Slide 13 - Quizvraag

3: Joop zijn vader sloeg zijn moeder. Joop lost zelf ook altijd ruzies met zijn vuisten op.
A
Anomietheorie
B
Aangeleerd gedrag theorie
C
Rationele-keuzetheorie
D
Bindingstheorie

Slide 14 - Quizvraag

4: Als jij je huis goed beveiligd tegen inbraak dan voorkom je criminaliteit
A
Anomietheorie
B
Aangeleerd gedragtheorie
C
Rationele-keuzetheorie
D
Bindingstheorie

Slide 15 - Quizvraag

5: Een cipier zegt dat de drie W's (wijf, werk, woning)mannen afhouden van criminaliteit.
A
Anomietheorie
B
Aangeleerd gedragtheorie
C
Rationele keuzetheorie
D
Bindingstheorie

Slide 16 - Quizvraag

6: Een rijke ondernemer besluit geld illegaal weg te sluizen. Hij noemt dit geen criminaliteit.
A
Anomietheorie
B
Aangeleerd gedragtheorie
C
Rationele-keuzetheorie
D
Neutraliseringstheorie

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Ben je weleens gecontroleerd door de politie? Wat gebeurde er?

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Als je voor de rechter moet komen, dan betekent dit dat de Officier van justitie
A
seponeert
B
vervolgt
C
straft
D
schikt

Slide 23 - Quizvraag

Seponeren betekent dat
A
de rechter iemand vrijspreekt
B
De politie iemand iemand vasthoudt
C
De officier niet verder wil gaan met een zaak
D
De officier van justitie zelf een boete of taakstraf oplegt

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Tekstslide

Voel jij je weleens onvelig in een buurt?

Slide 28 - Woordweb

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide