2020 afronding

6 VWO, H 21 t/m 25 (afronding)
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

6 VWO, H 21 t/m 25 (afronding)

Slide 1 - Tekstslide

programma
  • Introductie
  • Toets
  • Aan de slag
  • Slot

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

doel van de les
Voorbereiding op het SE

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Toets
Rode lijn deze periode: Productie (of omvang van de economie).
H21: verband tussen de markten
H22: Hoe meet je de omvang van de economie (tw'e)
H23: formules, balansjes en pijlen
H24: Is de verdeling van inkomens/ vermogens gelijk? en hoe kun je het (on)gelijker maken.
H25: samenraapsel van allerlei begrippen.... (helaas....)

Slide 6 - Tekstslide

Wat kun je verwachten?
Hard werken om het SE af te ronden. Eventueel vragen over slaan.
  • integratie-opgaven, examenopgaven in het werkboek
  • leggen van verbanden
  • Iets hoger niveau dan vorig jaar, ik kijk streng na en let erop dat je de vraag goed leest en grafieken goed afleest.
  • Geef antwoord op een vraag, en niet ongeveer.
  • Denk aan het geven van een antwoord aan jouw toekomstige baas of klant, dat antwoord moet precies zijn.
  • GEWONE REKENMACHINE EN WOORDENBOEK MEE!

Slide 7 - Tekstslide

Redeneervragen (tip 1)
  • Hoe praat je de loonkosten nou aan de internationale concurrentiepositie en hoe verbind je de arbeidsproductiviteit met de inflatie?
  • Bepaal altijd je begin- en einddoel in eigen woorden (bijvoorbeeld: beginpunt is stijging van de loonkosten, eindpunt is de internationale concurrentiepositie). KLADBLAADJE

  • Op die manier weet je niet alleen tussen welke twee zaken je een verband moet leggen, het zorgt er ook voor dat je niet doorredeneert. Zo voorkom je lange antwoorden die punten kosten, omdat ze geen antwoord zijn op de vraag!
  • schrijf op wat je weet (definities)
  • verbind de kennis en bouw aan een antwoord

Slide 8 - Tekstslide

Tip 2
Denk in vraag en aanbod

60-70% van redeneervragen gaan (indirect) over vraag en aanbod

Slide 9 - Tekstslide

schoolexamen oefening

Slide 10 - Tekstslide

Vragen over zaken?

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag met integratieopgaven
H 21.6 (niet de integratieopgave)
H22
H23
H24
H25

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

wat heb je geleerd?

Slide 14 - Tekstslide