Connecting Thoughts: Conjunctions en Transition Words

Connecting Thoughts: Conjunctions en Transition Words
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Connecting Thoughts: Conjunctions en Transition Words

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je uitleg geven over conjunctions en transition words in het Engels.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over conjunctions en transition words?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn conjunctions?
Conjunctions (= voegwoorden) zijn woorden die gebruikt worden om zinnen, woorden of zinsdelen met elkaar te verbinden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functies van conjunctions
Conjunctions kunnen worden gebruikt om contrast, oorzaak en gevolg, voorwaarden, enz. aan te geven.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn transition words?
Transition words (=overgangswoorden) zijn woorden of zinsdelen die gebruikt worden om overgangen tussen zinnen of alinea's te markeren.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van transition words
Therefore, however, in addition, furthermore, on the other hand, for example, and, again, and then, besides, equally important, finally, further, furthermore, nor, too, next, lastly, what's more, moreover, in addition, first (second, etc.)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functies van transition words
Transition words kunnen worden gebruikt om contrast, toevoeging, samenvatting, voorbeelden te geven, etc.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil Conjuctions en Transition words
Conjunctions worden gebruikt om twee zinsdelen in dezelfde zin met elkaar te verbinden. 
I tried to hit the nail but hit my thumb instead.
I have two goldfish and a cat.
Transition words worden vooral gebruikt om twee verschillende zinnen of gehele alinea's in elkaar over te laten lopen en staan (meestal) aan het begin van een nieuwe alinea.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Kijk naar de tekst over Greenland en markeer de conjunctions en transition words in de tekst. 


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reading
Lees de tekst over Greenland opnieuw en beantwoordt de vragen. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 15 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.