Een korte tekst schrijven (1)

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

DOELEN

- Je kunt een korte tekst schrijven


- Je kunt de 5w en h-vragen  gebruiken om een korte tekst te schrijven

Slide 2 - Tekstslide

Noem voorbeelden van korte teksten

Slide 3 - Woordweb

OPDRACHT

Lees de zinnen a t/m e.

Maak van de zinnen een goede tekst door ze in logische volgorde te zetten.

Noteer de letters in de goede volgorde in je schrift

Slide 4 - Tekstslide

NAKIJKEN
d, b,c,a,e

Slide 5 - Tekstslide

In welke zin staat informatie over
'wie'?
A
Zin a
B
Zin b
C
Zin c
D
Zin d

Slide 6 - Quizvraag

In welke zin staat informatie over
'wat'?
A
Zin a
B
Zin b
C
Zin c
D
Zin d

Slide 7 - Quizvraag

In welke zin staat informatie over
'waar'?
A
Zin a
B
Zin b
C
Zin c
D
Zin e

Slide 8 - Quizvraag

In welke zin staat informatie over
'wanneer'?
A
Zin a
B
Zin b
C
Zin c
D
Zin e

Slide 9 - Quizvraag

In welke zin staat informatie over
'waarom'?
A
Zin a
B
Zin b
C
Zin c
D
Zin e

Slide 10 - Quizvraag

In welke zin staat informatie over
'hoe'?
A
Zin a
B
Zin b
C
Zin c
D
Zin e

Slide 11 - Quizvraag

Korte tekst schrijven


Voorbeelden:

- een verslagje van iets wat je met de klas hebt gedaan

- een uitnodiging voor een verjaardagsfeest


Slide 12 - Tekstslide

Korte tekst schrijven

Soms moet je een korte tekst schrijven.

Het is handig om eerst alle informatie op een rijtje te zetten.

Daarvoor gebruik je zes vragen:

wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.

Deze vragen noemen we de 5w+h-vragen.

Slide 13 - Tekstslide

Zo schrijf je een korte tekst:
  • Schrijf op een papiertje kort de antwoorden op de 5w+h-vragen.

  • Vertel eerst het belangrijkste.
  • Daarna geef je meer informatie over het hoe en waarom.


  • Verdeel je tekst in alinea’s.
  • Daar wordt de tekst overzichtelijker van.

    Slide 14 - Tekstslide

    5w + h-vragen
    • wie
    • wat
    • waar
    • wanneer
    • waarom
    • hoe

    Slide 15 - Tekstslide

    OPDRACHT:

    Schrijf een nieuwsbericht op basis van vragen en antwoorden. Gebruik ongeveer 50 woorden.

    timer
    10:00

    Slide 16 - Tekstslide

    Nakijken

    Lees de tekst van een klasgenoot en

    controleer de tekst op de volgende punten:

    - Zijn alle 5w+h-vragen beantwoord?

    - Is de tekst duidelijk?

    - Is elk woord foutloos en goed leesbaar geschreven?

    - Begint elke zin met een hoofdletter en eindigt elke zin met een punt of vraagteken?

    Slide 17 - Tekstslide

    Controleer en verbeter


    Verbeter eventuele fouten in je eigen tekst.

    Slide 18 - Tekstslide

    DOELEN

    - Je kunt een korte tekst schrijven


    - Je kunt de 5w en h-vragen  gebruiken om een korte tekst te schrijven

    Slide 19 - Tekstslide