onbepaald voornaamwoord

Onbepaald voornaamwoord
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Onbepaald voornaamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Quis ridet?
Quis is een:
A
persoonlijk voornaamwoord
B
onbepaald voornaamwoord
C
vragend voornaamwoord
D
betrekkelijk voornaamwoord

Slide 2 - Quizvraag

Quis ridet?  
Mogelijke antwoorden:
Marcus ridet. - Marcus lacht
Aliquis ridet. - Iemand lacht
Quisque ridet. - iedereen lacht
Aliquis vir ridet - Een of andere man lacht.

Slide 3 - Tekstslide

Onbepaald voornaamwoord
- algemene verwijzingen, waarbij het aantal of de identiteit van iets of iemand niet nader gespecificeerd wordt. 
- kan zelfstandig of bijvoegelijk worden gebruikt
- vorm Latijn: wordt gemaakt vanuit vragend voornaamwoord 

Slide 4 - Tekstslide

Zoek je iets?
A
Zelfstandig
B
Bijvoeglijk

Slide 5 - Quizvraag

Sommigen vertelden me dat jij door het ijs was gezakt.
A
Zelfstandig
B
Bijvoeglijk

Slide 6 - Quizvraag

Iedere bakker weet dat je vroeg op moet staan om veel gedaan te krijgen!
A
Zelfstandig
B
Bijvoeglijk

Slide 7 - Quizvraag

Zelfstandig
Bijvoegelijk

Slide 8 - Tekstslide

Betekenis
aliquis - iemand      aliqui - sommigen, enkelen
aliquid - iets              aliquae - sommige dingen
aliquis vir - een of andere man, een zekere man
aliqui viri - sommige, enige mannen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

locum
A
aliqui
B
alicui
C
aliquem
D
aliquod

Slide 12 - Quizvraag

flumen
A
aliquid
B
aliquod
C
aliquem
D
aliqui

Slide 13 - Quizvraag

Welke combinatie is níet mogelijk?

feminae
A
alicui
B
alicuius
C
aliquae
D
aliquis

Slide 14 - Quizvraag

caput alicuius
A
een of ander hoofd
B
het hoofd van iemand
C
het hoofd van sommigen
D
welk hoofd

Slide 15 - Quizvraag

fines aliquorum populorum
A
het gebied van sommige volken
B
een of ander gebied van het volk
C
welk gebied van de volken
D
het gebied van welke volken

Slide 16 - Quizvraag

si quod est facinus admissum

(na si, nisi, num en ne....)
A
als welke misdaad is begaan
B
als dat een misdaad is begaan
C
omdat als een misdaad is begaan
D
als een of andere misdaad is begaan

Slide 17 - Quizvraag

Maak oefeningen
Zie bestand teams: onbepaald voornaamwoord oefeningen

Slide 18 - Tekstslide

Wat ging er aan vooraf?
  • Bij de Galliërs staan 2 groepen in aanzien: de druïden en de ridders.
  • Het gewone volk (plebes/plebs) heeft niets te zeggen
  • Zij hebben min of meer de positie van slaaf.

Slide 19 - Tekstslide

De taken van de druïden
 Illi rebus divinis intersunt,
 sacrificia publica ac privata procurant,
 religiones interpretantur.
 Ad hos magnus adulescentium numerus disciplinae causa concurrit,
 magnoque hi sunt apud eos honore.

Slide 20 - Tekstslide

Nam| fere | de omnibus controversiis publicis privatisque | constituunt,

  • de + ...
  • de = 

Slide 21 - Tekstslide


constituunt komt van:
Nam| fere | de omnibus controversiis publicis privatisque | constituunt,
A
consisto, -sistere, -stiti
B
constituo, stituere, stitui
C
consto, -stare, -stiti

Slide 22 - Quizvraag


constituunt betekent hier:
Nam| fere | de omnibus controversiis publicis privatisque | constituunt,
A
ze plaatsen
B
ze blijven staan
C
ze beslissen
D
ze voeren uit

Slide 23 - Quizvraag

Nam| fere | de omnibus controversiis publicis privatisque | constituunt,
  • Want zij nemen beslissingen over bijna alle openbare en privégeschillen, 
  • et si quod est facinus admissum, 

Slide 24 - Tekstslide