May 19-23

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Meneer Gomez
Viernes, 23 de Mayo de 2025
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Meneer Gomez
Viernes, 23 de Mayo de 2025

Slide 1 - Tekstslide

Magister > ELO
H4 
H5

Slide 2 - Tekstslide

De voornaamwoorden die horen bij een complemento indirecto zijn...
A
me, te, se, nos, os, se
B
me, te, le, nos, vos, les
C
me, te, le, nos, os, se
D
me, te, le, nos, os, les

Slide 3 - Quizvraag

¿Cuáles son los pronombres personales de complemento indirecto?

Me = (aan) mij
Te = (aan) jou
Le = (aan) hem/haar/u enkelvoud
Nos = (aan) ons
Os = (aan) jullie
Les = hun (aan hen)/ u meervoud 
*Aan denk je erbij, maar schrijf je er niet bij

Slide 4 - Tekstslide

Meewerkend voorwerp

Slide 5 - Tekstslide

Complemento directo

Slide 6 - Tekstslide

Het lijdend voorwerp voornaamwoord
De functie van de persoonlijke voornaamwoorden als lijdend voorwerp is om een zelfstandig naamwoord of naam te vervangen, zodat die niet herhaald hoeven te worden.

Ik heb de berichten gezien.             Ik heb ze  gezien.
Ik heb een nieuwe tas gekocht.    Ik heb hem in Primark gekocht.

Slide 7 - Tekstslide

El complemento directo
Lo                                          mannelijk enkelvoud

La                                          vrouwelijk enkelvoud 

Los                                       mannelijk meervoud

Las                                        vrouwelijk meervoud

Slide 8 - Tekstslide

Voornaamwoord als lijdend voorwerp (objeto directo)

Slide 9 - Tekstslide

Ella compró un libro. Ella lo compró.

Slide 10 - Tekstslide

Ella lee una novela. Ella la lee.

Slide 11 - Tekstslide

Él comprar unos zapatos. Él los quiere usar.

Slide 12 - Tekstslide

Ellos usan unas camisetas. Ellos las compraron en México.

Slide 13 - Tekstslide

Período 5
Capítulo 4 y 5
SO
Inleiding Capítulo 4 +5: Cuba + Bilbao

Capítulo 4: Bron D (meewerkend voorwerp) + Vocabulario 4.4 (van de arm tot opereren)

Aantekeningen: Doler (extra blad) + el cuerpo humano (extra blad).

Capítulo 5: Bron D- lijdend voorwerp

Vwo: Oefenen email (opdracht 18 - página 21)

Havo: Zinnen schrijven: Bijvoorbeeld: Ik heb hoofdpijn







Slide 14 - Tekstslide

Wat ga je doen: Practicar para el SO.
Hoe? Individual
Hoelang: 45 minutos.

Opdrachten (oefenen para el test): D-toets (página 45): Ejercicios 3a,3b,3c, 4a,b, 5b.
Opdrachten: D-toets (página 87):
Ejercicio 3a (lijdend voorwerp)

Capítulo 5 Ejercicios: 12, 13, 14 



Vwo: Oefenen email (opdracht 18 - página 21)

Havo: Zinnen schrijven: Bijvoorbeeld: Ik heb hoofdpijn

Slide 15 - Tekstslide

El complemento directo

Slide 16 - Tekstslide

Wat hebben wij vorige week geleerd?
Leerdoel: lidwoorden

Slide 17 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord als meewerkend voorwerp
Leerdoel: lidwoorden

Slide 18 - Tekstslide

Objetivos (Leerdoelen)
Na deze les kun/ken je...
- … de juiste vorm van het aanwijzend voornaamwoord gebruik.
Na deze les weet Ik
-... waar Bilbao ligt em wat deze kenmerkt

Slide 19 - Tekstslide

Capítulo 5: El dinero va y viene

Slide 20 - Tekstslide

ESCUCHAR: 
Empiezan las rebajas 
HACER: 
  • Fuente A (TB p. 55)
  • Ejerc. 3 (WB B, p.52)




¿Listo? HACER ej. 4 

ej. 3bc

Slide 21 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord als lijdend voorwerp
Pak je schrift en maak aantekeningen!



















































++

Slide 22 - Tekstslide

Complemento directo

Slide 23 - Tekstslide

El complemento directo Het lijdend voorwerp

In het Spaans kun je een zin korter maken door het lijdend voorwerp te vervangen met een voornaamwoord: lo, la, los, las. Let op, dit kan alleen als het lijdend voorwerp al eerder is geïntroduceerd. 

> Me gusta este jersey. Lo voy a comprar.

Slide 24 - Tekstslide

El complemento directo

Slide 25 - Tekstslide

Magister > ELO
H4 
H5

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

BRON D 
Los pronombres personales de complemento indirecto
.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

¿Cuáles son los pronombres personales de complemento indirecto?

Me = (aan) mij
Te = (aan) jou
Le = (aan) hem/haar/u enkelvoud
Nos = (aan) ons
Os = (aan) jullie
Les = hun (aan hen)/ u meervoud 
*Aan denk je erbij, maar schrijf je er niet bij

Slide 31 - Tekstslide

Wat is een meewerkend voorwerp/ complemento indirecto?
Degene die iets ontvangt/verneemt. 


Ejemplos/ voorbeelden:   
Maria geeft een auto aan haar vader.
Pedro kocht een ketting voor zijn vriendin.
Ik vroeg (aan) haar of ze nog naar het feest gaat.





Vraag:  aan/ voor wie + wwg + onderwerp (+lv)

Slide 32 - Tekstslide

El complemento indirecto
De voornaamwoorden me, te en le  worden ook gebruikt voor het meewerkend voorwerp.

Ana me cuenta un chiste (a mí). Anna vertelt (aan) mij een grapje.

Te digo la verdad (a ti). Ik vertel (aan) jou de waarheid. 

Le compro flores (para María). Ik koop (voor) María bloemen.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

OPDRACHTEN 14c, 15, 18
.

Slide 35 - Tekstslide

Het meewerkend voorwerp 
Sleep het Spaanse woord naar de Nederlandse vertaling. 
ellos/as
yo
él/ella
nosotros/as
vosotros/as
le
me
os
te
les
nos

Slide 36 - Sleepvraag

De voornaamwoorden die horen bij een complemento indirecto zijn...
A
me, te, se, nos, os, se
B
me, te, le, nos, vos, les
C
me, te, le, nos, os, se
D
me, te, le, nos, os, les

Slide 37 - Quizvraag

Het juiste voornaamwoord die horen bij de complemento indirecto hieronder is:

Ik koop (comprar) een boek voor haar.
____ compro un libro.

A
Le compro un libro
B
Te compro un libro
C
Os compro un libro
D
Nos compro un libro

Slide 38 - Quizvraag

Vervang het complemento indirecto (MV) voor het persoonlijk voornaamwoord van het meewerkend voorwerp

Voy a enviar las invitaciones a ellas.
A
las
B
les
C
los
D
ellas

Slide 39 - Quizvraag

Vervang het complemento indirecto (MV) voor het persoonlijk voornaamwoord van het meewerkend voorwerp

Voy a regalar el bolso a ti.
A
te
B
ti
C
tus
D
tu

Slide 40 - Quizvraag

Slide 41 - Link

Slide 42 - Link

Slide 43 - Link

Capítulo 5: El dinero va y viene

Slide 44 - Tekstslide

El dinero viene y va

Capítulo 5
Ej. 14 bespreken
De trappen van vergelijking

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Link

BRON E - Frases clave
.

Slide 47 - Tekstslide

¡Hasta la próxima clase!

Slide 48 - Tekstslide