H6 - Koppelteken en trema

Nederlands
maandag 16 mei 2022
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
maandag 16 mei 2022

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Kahoot (10min)
  • Uitleg Grammatica H6- Koppelteken en trema (10min)
  • Aan de slag! (20min)

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van deze les: 
- kan je trema's en koppeltekens gebruiken in samenstellingen en afleidingen

Slide 3 - Tekstslide

Woorden aan elkaar
Als verschillende woorden samen één nieuw begrip zijn, schrijf je het als één woord: aan elkaar dus.
Schrijf je een deel los, dan verandert de betekenis.

Kijk maar...

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

MAARRRRR....
Soms laat de uitspraak of de spelling het niet toe om woorden aan elkaar te schrijven, terwijl we het wel als één begrip bedoelen. 
We maken dan gebruik van een koppelteken (-) of trema (") 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Het koppelteken
Gebruik je bij een samenstelling  ALS er sprake is van:
- een klinkerbotsing (bijvoorbeeld: eu, ie, ee, au, ou, oo enz.)

- een afkorting, teken, letter (#-teken, t-splitsing, vwo-leerling)
- een tweede deel met een hoofdletter (Noord-Holland)
twee gelijkwaardige delen (je bent chef EN kok = chef-kok)
- een voorvoegsel uit de lijst 

Slide 13 - Tekstslide

Trema
Bij woorden die geen samenstelling zijn: 
- een klinkerbotsing (bijvoorbeeld: eu, ie, ee, au, ou, oo enz.)

Slide 14 - Tekstslide

Verschil
Bij samenstellingen, zoals media-invloed, komt een koppelteken.

Bij woorden die geen afleiding zijn zoals beïnvloeden (een afleiding van invloed) en poëzie is een trema nodig om klinkerbotsing te voorkomen. 



Slide 15 - Tekstslide

Welk van de volgende woorden heeft een trema nodig? chaotisch, reunie, directie. Schrijf het woord goed.

Slide 16 - Open vraag

Welk woord is goed geschreven?
A
poezië
B
concierge
C
hygiënisch
D
tweëntachtig

Slide 17 - Quizvraag

Wat is niet goed geschreven?
A
100-jarige
B
minister-president
C
Zuid-Amerikaans
D
piano-muziek

Slide 18 - Quizvraag

Welk woord is niet goed geschreven?
A
x-as
B
geinformeerd
C
astma-aanval
D
gymnastiekles

Slide 19 - Quizvraag

Kies het juiste woord
A
Dieet
B
Diëet

Slide 20 - Quizvraag

Kies het juiste woord
A
Caféëigenaar
B
café-eigenaar

Slide 21 - Quizvraag

Kies het juiste woord
A
officieel
B
officiëel

Slide 22 - Quizvraag

Kies het juiste woord
A
naäpen
B
na-apen

Slide 23 - Quizvraag

Aan de slag

Hoofdstuk 6 - Taalverzorging (blz. 160-161)

Spelling - koppelteken en trema
Maken: opdracht 1 t/m 4




timer
20:00

Slide 24 - Tekstslide